Wmo

Wmo

‘Denk niet te snel: dat gaat nergens over, buren kunnen ervan wakker liggen’

‘Voordat de buurtbemiddelaars op stap gaan, checken we eerst of er wel contact mogelijk is tussen buren.’ Aldus Bente London, directeur van Beter Buren, de Amsterdamse organisatie die bemiddelt bij burenruzies. Zo worden escalaties in burenconflicten – klappen, bedreiging - voorkomen, al 27 jaar. Het aantal bemiddelingen waarbij sprake is van complexe problemen stijgt flink.
Wmo

Maatwerk, de discussie: ‘Als de professional niet luistert verlangt de cliënt naar maatwerk’

Wordt het “moreel beraad” of blijft de sociaal werker steken in “maatwerk”? Zorg+Welzijn vroeg 2 experts over maatwerk in het sociaal domein; een vage term of de toekomst van het sociaal werk? Laura van Beek, ggd’er in de wijk: ‘Ik kijk waar de cliënt op aan slaat.’ Dr. Thomas Kampen, Universiteit voor Humanistiek: ‘Wanneer is de vraag van de cliënt doorslaggevend en wanneer de expertise van de professional?’
Langer thuis wonen

Steunsysteem in de wijk: professionals en vrijwilligers aan het werk voor welzijn bewoners

Hoe help je mensen langer zelfstandig en met plezier thuis te blijven wonen in hun eigen wijk, buurt of dorp? Door een goed vangnet op te bouwen dat hulpvragen van ouderen oppakt en hierop antwoorden vindt. Organisaties in verzorging en thuiszorg kunnen dat heel effectief organiseren, blijkt uit het project Steunsystemen. Wat leren we ervan?
Zelfredzaamheid

‘De mantelzorger wordt noodgedwongen een specialist die ze niet kan zijn’ 

Mantelzorgers moeten hyperalert zijn om zich een weg te banen in de jungle van het zorgsysteem, zagen de makers van de documentaire Kanaal Sociaal. Zij volgden een jaar lang zes mantelzorgers en diverse sociaal werkers. 'Mantelzorgers staan op omvallen, wie zorgt er voor hen?'
Wmo

In Twente wordt Wmo-hulp anders ingericht: wijkverpleegkundigen in de lead

In Twente is een vernieuwende pilot ingezet: bij aanvragen van Wmo-hulp is niet de Wmo-consulent van de gemeente aan zet, maar neemt de wijkverpleegkundige de leiding. Dat is effectiever én draagt bij aan erkenning van de expertise van wijkverpleegkundigen.
Professionalisering

Verplichte anticonceptie, sociale cohesie, 10 vormen van eenzaamheid: de best gelezen Z+W-artikelen in 2021

Het afgelopen jaar kende sociaal en maatschappelijk behoorlijk wat uitdagingen. Niet in de laatste plaats voor de professionals in het sociaal domein. Zorg+Welzijn zet voor u de zeven best gelezen artikelen op een rij. Een korte impressie van wat de sociaal professionals in de benen heeft gehouden in 2021.
Wmo

100 jaar cliëntondersteuning: ‘We moeten onszelf eigenlijk kunnen opheffen’

Iedereen met zorgvraag heeft recht op onafhankelijke cliëntondersteuning. Organisaties als MEE nemen met hun expertise drempels voor zorg en ondersteuning weg. Of iemand nu een specifieke zorgvraag heeft of zoekt naar vrijetijdsbesteding. 'We laten mensen mee doen in de samenleving. Hoe we dat doen, verandert vaak en snel’, aldus Sander Olsthoorn van MEE NL.
Wijkteam
psychische problemen

‘Ik hoop dat sociaal werkers in opstand komen’

‘Sociaal werkers lopen op hun tandvlees. Het elastiekje staat op knappen.’ Sociaal werker Louis de Mast, woonbegeleider van zelfstandig wonende volwassen met autisme, twitterde vorige week een draadje met die boodschap. Het leverde hem honderden reacties op, vooral steun en herkenning. Hij roept collega’s op zich ook uit te spreken. ‘De situatie is heel zorgelijk.’
Wijkteam

In kwetsbare wijken is het niet alleen kommer en kwel

Een ding is de 1600 deelnemers aan de Dag van de Buurt – online congres op 28 januari – wel duidelijk geworden: de inwoners zijn een belangrijke kracht om kwetsbare buurten weer tot een veilig een leefbare omgeving te maken. Daarom moeten de kracht en de talenten van die inwoners benut worden. Movisie-onderzoeker Daan de Bruijn over de lessons learned.
Wmo

Sociaal werker wordt gehinderd door bureaucratie in wijkaanpak

Kwetsbare wijken zijn niet geholpen door alleen de problemen van bewoners op te lossen. Wijken worden veerkrachtig als je de bewoners zelf deel laat uitmaken van hun buurt en professionals de ruimte geeft om te doen wat daarvoor nodig is. Aldus adviseur Tom Keek.

Over wmo

Elke gemeente zijn eigen zorg en ondersteuning

Bijna 2 miljoen mensen krijgen zorg en ondersteuning, volgens de kerncijfers 2015 van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Veelal uit het informele netwerk. Vanaf 2015 wordt zorg en ondersteuning vanuit de Wmo door gemeenten georganiseerd en gefinancierd. Uitgangspunt is dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Dat heeft geleid tot werken in wijkteams, een woud aan pilots en veel discussie over Wmo.

Lees meer

Gemeenten worden sinds 1 januari 2015 geacht ervoor te zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De gemeente geeft ondersteuning thuis via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn.

Onderzoek naar de uitvoering van de Wmo

Uit onderzoek naar de uitvoering van de Wmo blijkt dat in 2016 de waardering voor wijkteams ietsje is gedaald naar van 6,7 in 2015 naar 6,6. De grootste problemen van de decentralisatie zitten nog steeds in het jeugdhulp. Een op de 5 Nederlanders vindt dat de decentralisaties goed uitpakken. 47 Procent heeft geen vertrouwen in de decentralisatie, vooral niet bij de uitvoering van de ouderenzorg. Dat blijkt uit een onderzoek van I&O Research. Vlak vóór 2015, voordat de Wmo en Jeugdwet overgingen naar de gemeente, gaf 54% aan geen vertrouwen te hebben.

Verschillende vormen van hulp en ondersteuning onder Wmo

Onder de Wmo vallen verschillende vormen van hulp en ondersteuning. Het gaat bijvoorbeeld om: begeleiding en dagbesteding; ondersteuning van mantelzorger; beschermde woonomgeving voor mensen met een psychische stoornis; opvang in geval van huiselijk geweld en mensen die dakloos zijn. Maar ook om ondersteuning die past bij persoonlijke situatie van de cliënt die een zorgvraag heeft. Iedere gemeente organiseert de toegang tot ondersteuning op zijn eigen manier. Sommige gemeenten kiezen voor het Wmo-loket. Veel gemeenten kiezen sociale wijkteams waar mensen terecht kunnen met hun hulpvraag. Wat het wijkteam precies doet, verschilt per gemeente. De gemeente kan onder voorwaarden een persoonsgebonden budget (pgb) geven. Met een pgb kan de cliënt de ondersteuning zelf kiezen en inhuren.

Meldt iemand zich bij de gemeente met het verzoek om ondersteuning, dan moet de gemeente onderzoek doen naar de persoonlijke situatie. Vooral over dat onderzoek naar de hulpvraag van de cliënt via het zogenoemde “keukentafelgesprek” is veel discussie geweest vanaf het begin van de decentralisatie in 2015. De keukentafelgesprekken leidden tot veel klachten en tot gefrustreerde cliënten en mantelzorgers. Daar is zeker door gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties en door sociaal werkers van geleerd.

Decentralisatie in de Wmo

De decentralisatie van zorg en ondersteuning in de Wmo heeft een fase van ontwikkeling doorgemaakt. Dat heeft ook geleid tot flinke discussies in de diverse gemeenten over hoe de Wmo vorm te geven. Het heeft ook geleid tot experimenten, pilots die opkomen en net zo snel weer afvallen. Het heeft geleid tot ketenzorg en samenwerking, en zorg dichtbij de cliënt. In dit dossier vind je artikelen die weergeven hoe de discussie is gevoerd en waartoe de transitie heeft geleid. Met alle voors en tegens en ontwikkelingen in de zorg en ondersteuning voor burgers en kwetsbare mensen.

Wmo-cijfers

Tot slot nog een paar cijfers uit de publicatie in april 2017 van I&O Research: De professionele hulp en begeleiding worden door zorggebruikers in 2016 met een 7,4 gewaardeerd, dat was een 7,7 in 2014. Een op de tien mensen geeft een onvoldoende aan de geboden hulp. De belangrijkste redenen zijn de lange wachtlijsten (57%), niet goed luisteren naar de hulpvrager (50%) en niet goed samenwerken tussen organisaties (43%).

DELEN
Vorig artikelZelfredzaamheid
Volgend artikelLVB
Mark van Dorresteijn
Lorem ipsum dolar sit amet.