Wmo

Wmo

Jacobine Geel: ‘Voor een betere ggz is meer welzijn nodig’

De Tweede Kamerverkiezingen komen eraan. De Nederland ggz adviseert politieke partijen in hun paper “plannen voor een betere ggz”. ‘De ggz kan best kleiner, mits we de ondersteuning van mensen met een mentale kwetsbaarheid beter begeleiden’, zegt voorzitter Jacobine Geel.
Wmo
Huisarts in gesprek met patiënt

Krachtige Basiszorg: welke prioriteiten hebben cliënten?

Hoe krijg je zelf meer zicht op de samenhang van lichamelijke klachten met bijvoorbeeld financiële problemen? En als je dat overzicht hebt, hoe breng je deze connectie over op je cliënten? In verschillende gemeenten wordt daarvoor gewerkt met de aanpak Krachtige Basiszorg, zoals in Haarlem.
Wmo

‘De grote zak pillen kon in de prullenbak’

Hij was zo zwaar en zo ziek dat hij bijna dood was door diabetes type 2. Na één dag dieet hoefde hij al geen insuline meer te spuiten en in vijf maanden viel hij 40 kilo af. Nu zet Wim Tilburgs zich topfit in voor de strijd tegen diabetes en de verbetering van de leefstijl die er mee te maken heeft. ‘Minstens 60 tot 70 procent van de huisartsenbezoeken is leefstijl-gerelateerd.’
Wijkteam
Huisarts in gesprek met patiënt

Handboek Welzijn op recept: denken in oplossingen

Geen pilletje van de huisarts, maar een wandeling naar het zwembad. Om patiënten met psychosociale contacten beter te helpen, zijn ruim tachtig gemeentes aan de slag gegaan met ‘Welzijn op recept’. Alle kennis en ervaring is nu gebundeld in het ‘Handboek Welzijn op recept’.
Wmo

Welzijn op recept trekt mensen uit vastgeroest leven

Als je met psychosociale klachten bij de huisarts komt, kun je in veel gemeenten doorverwezen worden naar Welzijn op Recept. Een coach kan helpen bij het vinden van een passende tijdsbesteding. De welzijnscoaches werken samen met andere sociale professionals. ‘De lijnen met andere professionals zijn kort.’
Wmo

Komt een patiënt bij de welzijnscoach

Een huisarts die zo nodig doorverwijst naar welzijnsactiviteiten. Waar dit gebeurt, lijkt het effect positief. Het vraagt wel om een welzijnscoach die goed met de huisarts samenwerkt én de grenzen aangeeft.
Wmo
Buurtzorg biedt zorg van goede kwaliteit en tegen een lagere prijs

Buurtzorg: goede zorg voor minder geld

Ondanks het hoge tarief, zijn de zorgkosten van Buurtzorg goedkoper dan die van andere thuiszorginstellingen. Cliënten krijgen ook minder uren zorg per persoon, maar vinden de geboden zorg wel van een hoge kwaliteit. Dit schrijft minister van Volksgezondheid Martin van een Rijn in een brief aan de Tweede Kamer.
Wmo
Nieuw in het sociaal domein: de POH-GGZ

Nieuw in het sociaal domein: de POH-GGZ

Er zijn professionals die al behoorlijk 2015-proof zijn, onder wie Monique Haijnes. Zij is sinds april 2014 ggz-ondersteuner in de huisartsenpraktijk in Hoorn, Abbekerk en Twisk (West-Friesland). ‘Ik heb gemerkt hoe belangrijk de functie van een huisarts eigenlijk is.’
Wmo
Studenten van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen (HAN) ontwikkelden de rollator met navigator voor ouderen met geheugenverlies of oriëntatieproblemen.

‘Online toepassing in zorg loopt 10 jaar achter’

De sector zorg en welzijn loopt tien jaar achter als het gaat om het gebruik van online applicaties. Terwijl juist met deze online toepassingen het tekort aan arbeidskracht en geld kan worden opgelost, stelt Patrick Anthonissen, medeoprichter van Zorgvoorelkaar.com.
Wmo
Overdracht ouderenzorg en ziekenhuizen moet beter

Overdracht ouderenzorg en ziekenhuizen moet beter

De informatieoverdracht tussen ziekenhuis en instellingen voor de ouderenzorg moet beter. Er bestaan nauwelijks standaarden tussen bijvoorbeeld het ziekenhuis en de thuiszorg. Tussen huisartsen en ziekenhuizen is dit wel het geval. Aangezien er jaarlijks 300.000 kwetsbare ouderen worden opgenomen in het ziekenhuis, pleit het NIVEL voor een betere overdracht.

Over wmo

Elke gemeente zijn eigen zorg en ondersteuning

Bijna 2 miljoen mensen krijgen zorg en ondersteuning, volgens de kerncijfers 2015 van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Veelal uit het informele netwerk. Vanaf 2015 wordt zorg en ondersteuning vanuit de Wmo door gemeenten georganiseerd en gefinancierd. Uitgangspunt is dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. Dat heeft geleid tot werken in wijkteams, een woud aan pilots en veel discussie over Wmo.

Lees meer

Gemeenten worden sinds 1 januari 2015 geacht ervoor te zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De gemeente geeft ondersteuning thuis via de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de ondersteuning van mensen die niet op eigen kracht zelfredzaam zijn.

Onderzoek naar de uitvoering van de Wmo

Uit onderzoek naar de uitvoering van de Wmo blijkt dat in 2016 de waardering voor wijkteams ietsje is gedaald naar van 6,7 in 2015 naar 6,6. De grootste problemen van de decentralisatie zitten nog steeds in het jeugdhulp. Een op de 5 Nederlanders vindt dat de decentralisaties goed uitpakken. 47 Procent heeft geen vertrouwen in de decentralisatie, vooral niet bij de uitvoering van de ouderenzorg. Dat blijkt uit een onderzoek van I&O Research. Vlak vóór 2015, voordat de Wmo en Jeugdwet overgingen naar de gemeente, gaf 54% aan geen vertrouwen te hebben.

Verschillende vormen van hulp en ondersteuning onder Wmo

Onder de Wmo vallen verschillende vormen van hulp en ondersteuning. Het gaat bijvoorbeeld om: begeleiding en dagbesteding; ondersteuning van mantelzorger; beschermde woonomgeving voor mensen met een psychische stoornis; opvang in geval van huiselijk geweld en mensen die dakloos zijn. Maar ook om ondersteuning die past bij persoonlijke situatie van de cliënt die een zorgvraag heeft. Iedere gemeente organiseert de toegang tot ondersteuning op zijn eigen manier. Sommige gemeenten kiezen voor het Wmo-loket. Veel gemeenten kiezen sociale wijkteams waar mensen terecht kunnen met hun hulpvraag. Wat het wijkteam precies doet, verschilt per gemeente. De gemeente kan onder voorwaarden een persoonsgebonden budget (pgb) geven. Met een pgb kan de cliënt de ondersteuning zelf kiezen en inhuren.

Meldt iemand zich bij de gemeente met het verzoek om ondersteuning, dan moet de gemeente onderzoek doen naar de persoonlijke situatie. Vooral over dat onderzoek naar de hulpvraag van de cliënt via het zogenoemde “keukentafelgesprek” is veel discussie geweest vanaf het begin van de decentralisatie in 2015. De keukentafelgesprekken leidden tot veel klachten en tot gefrustreerde cliënten en mantelzorgers. Daar is zeker door gemeenten, zorg- en welzijnsorganisaties en door sociaal werkers van geleerd.

Decentralisatie in de Wmo

De decentralisatie van zorg en ondersteuning in de Wmo heeft een fase van ontwikkeling doorgemaakt. Dat heeft ook geleid tot flinke discussies in de diverse gemeenten over hoe de Wmo vorm te geven. Het heeft ook geleid tot experimenten, pilots die opkomen en net zo snel weer afvallen. Het heeft geleid tot ketenzorg en samenwerking, en zorg dichtbij de cliënt. In dit dossier vind je artikelen die weergeven hoe de discussie is gevoerd en waartoe de transitie heeft geleid. Met alle voors en tegens en ontwikkelingen in de zorg en ondersteuning voor burgers en kwetsbare mensen.

Wmo-cijfers

Tot slot nog een paar cijfers uit de publicatie in april 2017 van I&O Research: De professionele hulp en begeleiding worden door zorggebruikers in 2016 met een 7,4 gewaardeerd, dat was een 7,7 in 2014. Een op de tien mensen geeft een onvoldoende aan de geboden hulp. De belangrijkste redenen zijn de lange wachtlijsten (57%), niet goed luisteren naar de hulpvrager (50%) en niet goed samenwerken tussen organisaties (43%).

DELEN
Vorig artikelZelfredzaamheid
Volgend artikelLVB
Mark van Dorresteijn
Lorem ipsum dolar sit amet.