Verzamelstoornissen hebben de laatste tijd veel aandacht gekregen in de media, maar het is geen nieuw fenomeen. Archeologen hebben ontdekt dat mensen in de prehistorie al neigden naar overmatig verzamelen of bewaren, schrijft BoomPsychologie op haar platform.
Dante beschreef het fenomeen in de middeleeuwen al in zijn werk “De goddelijke komedie”. Mensen die teveel waarde hechten aan materiële zaken bevinden zich volgens hem in de vierde cirkel van de hel. Voor de meeste mensen die hoarden voelt het inderdaad alsof ze gevangen zitten op een onaangename plek.
Hoarden vormt een uitdaging voor sociaal werkers die mensen helpen hun leven op orde te krijgen. Yvonne Blenk, een ervaren professional op het gebied van hoarding, deelt haar passie voor het ondersteunen van mensen met dit gedrag en biedt inzichten in haar eigen ontwikkeling en ervaringen.
Wat is hoarden ook alweer?
Hoarding staat ook bekend als een verzamelstoornis, waarbij het verzamelen en bewaren van overmatige hoeveelheden spullen leidt tot een woning die niet meer functioneel is zoals bedoeld. Dit beperkt het dagelijks functioneren van de persoon, waardoor alledaagse taken zoals koken, het gebruik van sanitair, het ontvangen van bezoek, of zelfs slapen in een bed bemoeilijkt worden.
Het idee om spullen weg te doen veroorzaakt stress voor een hoarder. In bijna alle gevallen gaat hoarding hand in hand met andere stoornissen, zoals angst- of dwangstoornissen, depressie of AD(H)D. Hoarding is een serieuze psychiatrische stoornis die niet lichtvaardig moet worden opgevat en mogelijk onder controle kan worden gebracht, maar zelden volledig verdwijnt.
Bij hoarding vallen vooral de overvloed aan spullen op, variërend van grote hoeveelheden tot zaken die normaal gesproken als afval worden beschouwd, zoals oude kranten, lege verpakkingen of bedorven voedsel. Er zijn diverse woonsituaties mogelijk, en het is niet altijd zichtbaar aan de buitenkant van de woning – en zeker niet aan de persoon zelf – of er sprake is van hoarding. Een diagnose van een behandelaar is hiervoor noodzakelijk.
Eyeopener
Voor Yvonne begon het idee voor het bijstaan van hoarders 25 jaar geleden. ‘Ik had een woonruimte nodig en een collega bood mij zijn leegstaande appartementje aan. Het moest alleen nog wel ‘even’ opgeruimd worden. Na 2 weken hard werken en 8 containers verder kon ik de flat betrekken.
In deze periode heb ik mijn collega alles mogen vragen en bespreken om enigszins te kunnen begrijpen hoe dit heeft kunnen ontstaan. Het bleek voor mijn collega, na het loslaten van de schaamte, een waardevolle tijd omdat ik zonder oordeel met hem ben gaan opruimen. We hebben gelachen om dingen die we vonden en we behaalden een mooi resultaat. Ik put nog met enige regelmaat uit deze ervaring en gebruik anekdotes om aan huidige cliënten dingen te kunnen duiden.’
Hoardende psychiater
Inmiddels helpt Yvonne al jaren mensen met haar bedrijf HELP, ik wil mijn huis terug!. Ze herinnert zich nog een bijzondere cliënt die op geen enkele manier in beweging kwam. ‘De cliënt woonde in een monumentaal dubbelpand, prachtig. Maar het stond tjokvol. Ik kon de aansluiting niet vinden in zijn hart. Hij bleef op afstand waardoor ik met hem in kinderachtige discussies verzandde over waarom je best afstand kon doen van potten verkleurde knakworsten, 12 jaar over de houdbaarheidsdatum.’
In de regel gaat Yvonne niet in discussie met cliënten. ‘Maar deze man kwam op geen enkele manier in beweging. Als hij eindelijk bereid was ergens afstand van te doen, kwam hij daar op een later moment weer terug. Zeer frustrerend.’
Het bizarste element kwam pas later aan het licht: de cliënt was een zeer gerespecteerde psychiater, wat het voor Yvonne raadselachtig maakte hoe hij zelf vastliep in hoardingsgedrag.
Hoarden door nooit afgemaakte renovatie
Ook een jonge man, angstig en jarenlang verstopt achter een overvolle, onbewoonbare woning, maakte indruk op Yvonne. ‘Bij zijn intrek hielp zijn vader hem met het slopen van de keuken, het toilet en de doucheruimte. Helaas leidde een conflict tussen vader en zoon tot een breuk in het contact.’
Deze casus kwam op Yvonnes pad dankzij een autismecoach, die haar hulp inschakelde. Het kostte talloze telefoontjes en e-mails voordat de cliënt bereid was zich open te stellen voor een daadwerkelijke ontmoeting. ‘Hij stelde een aantal voorwaarden. Ik mocht geen opzichtige kleding aan, mocht met niemand in de lift praten, moest de drempel over stappen en mocht er niet op gaan staan, en hij gaf zelfs de voorkeur aan fluisterende communicatie.’
De woning was gevuld tot aan de nok en ernstig vervuild. Voor elk nietje kwam een sluitend betoog over waarom het daar was, en vooral waarom het daar moest blijven. Gedurende 10 jaar probeerde deze jonge man angstvallig te voorkomen ontdekt te worden als hoarder met een overvol, eigenlijk onbewoonbaar huis.
Pas na maanden kreeg Yvonne het eerlijke antwoord op een prangende vraag: waarom stond er een pilaar tot aan het plafond van in elkaar gevouwen vierkante papieren groente- en fruitzakjes van de markt? ‘Het antwoord was schrijnend: er was geen toilet en hierin deed hij zijn ontlasting’, vertelt Yvonne. ‘In de doucheruimte, die voor mij eerst verboden terrein was, ontdekte ik een opstelling van lege bierkratjes met een doos ertussen. De bierkratjes dienden als leunsteun, de doos fungeerde als provisorische opvangbak, en de zorgvuldig voorgevouwen zakjes dienden als (gratis) ontlastingcontainers, heimelijk verwijderd tijdens de nachtelijke uren. Dit gedrag bleek al 10 jaar routine te zijn.’
Laatste kans bij hoarden
Yvonnes bedrijf wordt vaak ingezet als ‘laatste kans’. Dit illustreert de wanhoop van woningbouwverenigingen, wijkteams, of familieleden, vertelt Yvonne. ‘Wij komen in beeld wanneer het woord ‘ontruiming’ gaat vallen.’
Het moeilijkste stuk is vertrouwen winnen. ‘Dat is vaak eerder in het traject geschonden. Wij moeten eerst ervaringen met falende hulpverlening elimineren. Hulpverleners acteren vanuit hun eigen normen en waarden. Dat is ook logisch.’
‘Zo kun je toch niet leven!’
Zo waarschuwt Yvonne tegen het direct gaan opruimen, beslissingen nemen, dwingen of oordelen. ‘Het is niet helpend uit te roepen dat je ‘zo’ toch niet kunt leven? Het is niet helpend met een vuilniszak in je hand aan te bieden ‘even’ te helpen. Sociaal werkers zouden tenminste bedacht moeten zijn op het feit dat hoarding in veel gevallen een gevolg is van gestapeld trauma, in combinatie met een vorm van autisme. Wanneer je de trauma’s als het ware kunt parkeren, en je als hulpverlener inleeft in de werking van een autistisch brein, kom je een heel eind.’
Lees ook: ‘Zelfstandig wonen is voor mensen met autisme extra belangrijk’
Doorbreken van weerstand
De kunst is waardevrij te observeren en er niets van te vinden. ‘De hoarder vindt er namelijk zelf van alles van, en dat is wel te bevragen. Met de gegeven antwoorden kun je openingen vinden om samen in onderzoek te gaan wat passende hulp zou kunnen zijn.’
Het doorbreken van weerstand is cruciaal, en Yvonne benadrukt dat dit tijd kost. Soms een paar uur, soms vier maanden. Het verzamelen is een uiting van een dieperliggend probleem, en daarom begint coaching met het bespreken van de zin en onzin van bepaald gedrag. Want het gaat niet om de spullen. Het gaat om de mindset. Het creëren van een ‘nieuw normaal’ in overleg met de cliënt is een essentiële stap.’
‘Als er geen intrinsieke behoefte bestaat om iets aan de situatie te veranderen, proberen we die toch aan te wakkeren. Er zijn altijd sluimerende verlangens.’
Yvonne is er supertrots op en vergat het bijna te vertellen, maar zij krijgt met enige regelmaat bij afsluiting van een casus geen gewoon bedankje. Nee, cliënten zeggen: ‘Jullie hebben mij niet alleen mijn huis terug gegeven, maar mijn hele leven!’
Nog even op een rij: 8 tips van Yvonne bij hoarden
Yvonne deelt enkele belangrijke regels die haar team hanteert, waaronder het vermijden van smalltalk bij binnenkomst, benoemen wat je ziet en ruikt, en het vermijden van afleiding.
- Draai (en aanpak) niet om de hete brei heen, maar communiceer eerlijk en duidelijk met een hoarder. Dat betekent ook geen smalltalk bij binnenkomst.
- Geen afleiding (buitensporige make-up, haardracht, handtas.
- Benoem hardop wat je ziet, wat je merkt, wat je ruikt en waar je je zorgen om maakt.
- Laat de cliënt niet weg kwebbelen uit het onderwerp.
- Oordeel niet in woorden, maar ook niet in lichaamstaal of intonatie.
- Blijf rustig, respectvol, maar maak duidelijk wat de gevolgen (kunnen) zijn wanneer de situatie onveranderd blijft.
- Een hoarder wil wel, maar weet alleen niet hoe. Denk mee, biedt het HOE aan en bij overeenstemming van jouw voorstel kun je inzet gaan plegen.
- Het erkennen en herkennen van vastlopers, het hardop meedenken en het geven van puzzeltijd (om de aanpak in het hoofd uit te puzzelen) wordt vaak als een bevrijding ervaren en geeft de hoarder hoop en vertrouwen in eigen kunnen.