Door Alexandra Sweers – In de veertig krachtwijken heeft het beleid tot nog toe niet veel verschil kunnen maken. Een nieuw partnerschap tussen het rijk en de gemeenten moet ervoor zorgen dat aan het einde van de kabinetsperiode de eerste resultaten zichtbaar en merkbaar zijn. Het doel is dat lokale overheden en organisaties beter met elkaar samenwerken en vanuit het perspectief van de burgers denken. Het rijk zal de gemeenten bijstaan in de uitvoering van de plannen, maar zal ook jaarlijks nagaan of de verbetering in de wijken op schema ligt.

Budget
Vogelaar wil de komende tien jaar de leefbaarheid in de aandachtsgebieden verbeteren. Ze trekt 58,5 miljoen euro uit voor de medefinanciering van de wijkactieplannen. Een van de punten binnen de wijkaanpak is de samenwerking met de buurtbewoners. Om hen te betrekken bij de leefbaarheid van hun eigen buurt, kunnen zij rekenen op 25 miljoen. Deze bewonersbudgetten krijgen bewoners toegekend voor initiatieven die zij belangrijk vinden voor hun wijk.

Participatie
Henk Cornelissen, directeur van de vrijwilligersorganisatie Landelijk Samenwerkingsverband Aandachtswijken (LSA) staat voor meer participatie van de wijkbewoners. Ondanks de plannen om bewoners meer te betrekken bij de aanpak is zijn grootste zorg de beoogde uitvoering van de actieplannen. Cornelissen: ‘De gemeente organiseert nog te vaak zelf het wijkactieplan. Dat gebeurt vaak buiten de wijkbewoners om. Zij merken dan niet wat er verandert in de wijk en raken dus ook niet betrokken bij hun eigen buurt.’

Praktisch
De LSA wil dat de plannen eenvoudiger zijn en dichter bij de bewoners komen. ‘Bewoners hebben vaak heel praktische plannen. Ze willen een schoolplein opknappen of ergens hekken laten plaatsen. Met een projectorganisatie op wijkniveau komen de planner dichter bij de bewoner. Zij zien meteen of het lukt, ze communiceren met andere bewoners en de sociale cohesie groeit.’

Onderzoek
Cornelissen is wel blij met de onderzoeken van het kabinet naar de ontwikkeling van wijk en bewoners. Individuele inwoners van krachtwijken worden gedurende een aantal jaren gevolgd om zicht te krijgen op de sociaal-economische ontwikkeling. Ook wanneer zij naar een andere wijk verhuizen. ‘Voor het eerst doet men daar onderzoek naar en ik ben erg benieuwd naar de uitkomst.’

Preventie
Het kabinet wil niet dat er in andere wijken ook problemen ontstaan of verergeren. Om te voorkomen dat wijken die dreigen af te glijden meer problemen krijgen, is er een bedrag van 60 miljoen euro gereserveerd als preventiebudget voor de jaren 2009 en 2010. Het komende jaar worden ook voorbereidingen getroffen voor een vervolg op het stedenbeleid na 2009. Veel steden hebben nog steeds te maken met grote maatschappelijke opgaven zoals achterblijvende onderwijsparticipatie, arbeidsparticipatie, en onveiligheid.

Kritisch
Het Nicis Institute dat zich eerder kritischuitte over het wijkbeleid van Vogelaar, laat weten blij te zijn dat de minister 60 miljoen uittrekt om de waterbedeffecten naar andere wijken te voorkomen. ‘We zijn nieuwsgierig hoe dit zal worden ingevuld. Verder is het positief dat minister Vogelaar de problematiek rondom krimpende gemeenten onderkent en tot haar verantwoordelijkheid rekent. We wachten ook daar de invulling van af’, aldus de woordvoerder. Nicis onderstreept bovendien het belang van de voortzetting van krachtig steden- en wijkenbeleid.