Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Goud in handen

Als landelijk Triple P trainer kom ik veel Triple P-beroepskrachten tegen tijdens accreditaties, opfrisbijeenkomsten en intervisies. Wat mij opvalt is dat velen van hen niet beseffen dat zij met Triple P goud in handen hebben.
'Het helpt om intussen niet de weg kwijt te raken en geen tijd te besteden aan zaken die nergens toe leiden'
'Het helpt om intussen niet de weg kwijt te raken en geen tijd te besteden aan zaken die nergens toe leiden'

In de transitie van de jeugdzorg is één ding duidelijk: de hulp moet goedkoper. Maar de kwaliteit moet goed zijn. Vraaggericht en gebruikmaken van de eigen kracht van ouders staat centraal. Triple P heeft de potentie om dit alles waar te maken, omdat het gebruik maakt van relevante opvoedinformatie, waarbij de relatie tussen beroepskracht en ouder gebaseerd is op het zelfregulatiemodel: de beroepskracht faciliteert, de ouder maakt zelf een concreet plan van aanpak om het gewenste doel te bereiken en voert dat uit.

In veel gevallen leidt dit tot snelle verbeteringen in soms langdurig bestaand ongewenst gedrag, waardoor ouders weer vertrouwen in eigen handelen krijgen en zicht op hun eigen succesfactoren. Hoe komt het dan dat veel beroepskrachten nauwelijks beseffen wat de waarde is van hun Triple P opleiding? Ik denk dat hier verschillende factoren debet aan zijn.

Allereerst, de hand in eigen boezem stekend, denk ik dat er tijdens de training van de beroepskrachten te weinig aandacht is voor het zelfregulerend werken. Nederlandse beroepskrachten zijn over het algemeen gewend om de rol van expert aan te nemen. Dan schakel je niet zo maar over naar een faciliterende rol. Dat heeft tijd nodig en oefening.

Ten tweede, de pedagogische strategieën van Triple P zijn heel herkenbaar. Beroepskrachten kunnen op basis daarvan de snelle conclusie trekken dat er niets nieuw onder de zon is. En daardoor zien ze niet dat het bij deze methode essentieel is om te zorgen voor een goed evenwicht tussen voorkomen van ongewenst gedrag en het hanteren ervan.


Ten derde serveert een aantal beroepskrachten het programma af vanwege de strakke structuur. Deze blijkt in de praktijk erg mee te vallen: er wordt veel afstemming en creativiteit gevraagd van de beroepskrachten om de aanpak van de ouders op maat te maken. De structuur van de interventie blijkt dan heel fijn te zijn, want die helpt om intussen niet de weg kwijt te raken en geen tijd te besteden aan zaken die nergens toe leiden. Om dit te kunnen ontdekken heb je wel een faciliterende manager nodig die duidelijke keuzes maakt over de inzet van werkwijzen. Bovendien moeten werkwijzen een redelijke tijd de kans krijgt om in te dalen.


Triple P beroepskrachten van Nederland: er ligt goud op de plank van je eigen kast. Geef jezelf de kans te ontdekken wat werken met een zelfregulerend programma opvoedingsondersteuning ouders oplevert: vertrouwen in eigen kunnen en zelfregulatie als je problemen in de opvoeding tegenkomt. Is dat niet precies wat we willen bereiken met de transitie?


Leonie Reumers is orthopedagoog, werkt als trainer/adviseur bij K2 Brabants Kenniscentrum Jeugd en als landelijk Triple P trainer voor het Nederlands Jeugd Instituut. Zij is moeder van 3 zonen van 26, 22 en 17 jaar.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.