Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Hoe is het om jeugdzorgwerker te zijn op school? ‘Je stapt een totaal andere cultuur binnen’

Met het project ‘Jeugdhulp op speciaal onderwijs’ willen jeugdhulporganisaties en scholen in de BAR-gemeenten (Barendrecht, Albrandswaard en Ridderkerk) voorkomen dat kinderen met een zorgvraag uitvallen. Zo is Annemijn Willemsen begonnen als jeugdzorgwerker bij SBO de Wijngaard. ‘De bevindingen tot nu toe zijn alleen maar positief!’
‘Er zijn veel leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben in het onderwijs om tot leren te komen.'

Dit artikel is tijdelijk gratis vanwege de Dag van de Jeugdprofessional (22 september), tot 25 september.

 

Er loopt al een schoolmaatschappelijk werker rond op school en ook een intern begeleider of vertrouwenspersoon. Is een jeugdzorgwerker echt nodig? Ja, zeggen de zorgorganisaties en basisscholen in de gemeente Barendrecht. 

Hulp is dichtbij

Helma Kaashoek, manager bij jeugdhulporganisatie Distinto, een van de organisaties achter dit project, licht graag de meerwaarde toe. ‘Er zijn veel leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben in het onderwijs om tot leren te komen. Meer hulp en specialistischer dan de school nu zelf kan bieden. Jeugdhulp en onderwijs sluiten nog niet altijd goed op elkaar aan.’

Op dit moment werkt het systeem simpel gezegd volgens Kaashoek vaak zo: een leerling die extra hulp nodig heeft, moet uitvallen van school en thuis komen te zitten vóór er een indicatie wordt afgegeven en de hulptroepen hun werk kunnen doen. ‘Dan zijn we vaak maanden verder’, zegt Kaashoek. Als hulp nodig is voor een kind dat nog niet is uitgevallen op school, duurt het bovendien vaak ook meerdere maanden voor de beschikking van het wijkteam is afgegeven. 

In die tijd is de kans op escalatie thuis groot en zijn vaak zware ondersteunings- en hulpverleningstrajecten nodig om alles weer een beetje vlot te trekken, zegt Kaashoek. ‘Met een jeugdwerker, die 32 uur per week op school rondloopt, kunnen we in een eerder stadium signaleren dat er hulp nodig is en de schade voorkomen. Het gaat vaak om kinderen met ADHD, een lvb, gedragsproblematiek, autisme of angsten. Voor de inzet van jeugdhulp op school is geen indicatie/beschikking nodig.’ 

Werkwijze jeugdzorgwerker 

Een van de jeugdzorgwerkers op school is Annemijn Willemsen, die inmiddels een jaar vanuit Distinto op SBO de Wijngaard werkt. Zij legt in het kort de rol van de jeugdzorgwerker uit. ‘De leraar signaleert in de klas dat een kind niet goed meekomt of agressie vertoont. De leraar kan dan doorverwijzen naar de intern begeleider en de jeugdzorgwerker. De intern begeleider coördineert welke hulp nodig is en neemt bij korte- en langdurige trajecten contact op met het wijkteam om te achterhalen welke hulp al gegeven wordt.’ 

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws over jeugdhulp en jeugdzorg met de gratis online nieuwsbrieven van Zorg+Welzijn, het vakmedium voor professionals in het sociaal domein.>>

Casus 1: agressieve jongen

Willemsen geeft een voorbeeld van wat zij kan betekenen aan de hand van een casus. Er was een jongen die zoveel agressie vertoonde in de klas, dat de leraar aan de bel trok. Willemsen: ‘Tijdens een eerste gesprek met de jongen begon ik op neutraal terrein. Ik stelde vragen over de dingen die hij leuk vindt, zoals voetbal en online games, en zo kwamen we erachter dat we allebei voor Ajax zijn. Dat schept meteen een band. Daarna deden we een spelletje. De eerste paar keer praat ik vooral over leuke dingen en kan ik inschatten wat deze jongen nodig heeft om een vertrouwensband op te bouwen: nabijheid of juist net genoeg afstand. Daarna gaan we het pas hebben over het agressieve gedrag.’ 

Willemsen: ‘We gaan aan de slag met een methode waarin we samen met het kind kijken naar hun eigen oplossingen voor de dingen waar ze tegenaan lopen. Dit doen we door aan bepaalde doelen te werken, de kinderen tools te geven zoals bijvoorbeeld een signaleringsplan. Hierin beschrijven we wat een kind nodig heeft als hij zich goed, en minder goed voelt. Het doel is dus dat het kind uiteindelijk zelf de stappen kan nemen om het gedrag aan te passen.’ 

Casus 2: contract tekenen om naar school te gaan

Er was ook een jongen in groep 5, die na de zomervakantie niet meer naar school wilde. Hij vond het vreselijk. Annemijn werd meteen ingeschakeld. ‘Het schooljaar was net begonnen, maar deze jongen bleef thuiszitten. Ik belde de moeder en stelde voor dat haar zoon na schooltijd met mij zou komen praten om een oplossing te zoeken.’ 

Samen met de schooldirecteur is Annemijn toen een gesprek aangegaan over wat hij nodig had om wel weer naar school te gaan. ‘Iedere dag zou hij twintig minuten praten met mij en als het in de klas teveel werd, dan mocht hij een rondje lopen door school. We hebben hem de basis van de leerplicht uitgelegd en een contract ondertekend dat hij weer naar school zou komen. We zijn een half jaar verder en hij draait weer volledig mee in de klas.’ 

Acute hulp

Willemsen wordt er ook weleens met hoge urgentie bij geroepen door een leraar. ‘Vaak is dan iemand heel boos geworden en is het geëscaleerd in de klas. Ik zorg dat alles weer tot bedaren komt en ga het gesprek aan met de leerlingen. Dat vind ik echt heel leuk om te doen, een mooie uitdaging om alles goed af te wikkelen.’ 

Twee culturen

Als jeugdwerker op een school rondlopen, dat vindt Willemsen geweldig. Maar het was in het begin wel even wennen. ‘De culturen van het sociaal werk en het onderwijs zijn verschillend, ook al werken we allemaal met kinderen. Leraren zijn gewend van hun klas hun eigen domein te maken, waar zij de scepter zwaaien. Zij zijn niet gewend om veel samen te werken. Dus advies vragen of overleggen met mij is voor sommigen lastig. In de jeugdhulp werk je juist in vrijwel alles samen, je draagt je cliënten over en je praat veel. Voor mij was dat cultuurverschil even schakelen – maar ook hier geldt dat we een vertrouwensband moeten opbouwen en dat heeft tijd nodig. Inmiddels gaat dat heel erg goed. Leraren weten mij te vinden en komen zelf met vragen naar mij toe.’ 

Aanpassen aan schoolritme

En dan is er nog het schoolritme waar je als sociaal werker ineens in mee draait. Kaashoek: ‘Basisscholen hebben 12 weken vakantie, maar in de jeugdzorg hebben we er minder. Annemijn werkt daarom in de vakantie bij een opvanglocatie van Distinto. Maar je kunt er ook voor kiezen om wekelijks meer uren te maken – onbetaald – en die uren in te zetten in de schoolvakanties.’ 

Zelf vindt Annemijn het niet ideaal, die vakanties. ‘Sommige kinderen moeten na de vakantie zó inkomen, dat het voelt alsof we opnieuw beginnen. Anderen hebben de rust van de vakantie juist echt nodig. Voor bepaalde kinderen zou het goed zijn om in de schoolvakanties toch de gesprekjes door te zetten.’

Cijfers

Zowel de gemeente, zorgorganisaties als scholen in Barendrecht zijn er na een succesvolle pilot van overtuigd dat de inzet van één jeugdprofessional op school kan voorkomen dat kinderen uitvallen uit onderwijs – met alle gevolgen van dien. Willemsen: ‘Ik heb geen duidelijke cijfers van het effect van de jeugdwerker op school. De dossiers worden gesloten als ik niet meer met het kind werk. Als ik het in zou moeten schatten denk ik dat ik ongeveer tussen de dertig tot veertig verschillende kinderen heb begeleid. Sommige daarvan langer dan de andere kinderen.’

Daarnaast komen zorg en onderwijs op deze manier samen, wat ook ten goede komt aan het kind, want er zijn kortere lijntjes en dus sneller hulp. Daarom heeft de gemeente het project nu voor langere tijd ingekocht en uitgerold op vier scholen in Barendrecht. 

Positief 

Kaashoek: ‘De bevindingen tot nu toe zijn enkel positief, voor leerlingen en voor leerkrachten. We gunnen ook het regulier onderwijs dit product, mogelijk in een wat aangepaste vorm, maar dat is te onderzoeken. We zien ook op regulier onderwijs dat kinderen het zwaar hebben en uitvallen, dat leerkrachten handelingsverlegen zijn en onveiligheid een rol speelt.’ 

Willemsen is ervan overtuigd dat dit in de toekomst op veel meer scholen uitgerold gaat worden. ‘Het werkt zo goed. Ik denk dat het voor de gemeente over een paar jaar ook is te zien in de cijfers. Dat door in te zetten op preventie veel zorgkosten bespaard blijven. Ik heb denk ik alleen al dit jaar van vier kinderen kunnen voorkomen dat zij zijn uitgevallen.’ 

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.