Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

‘Zorg en gezag loskoppelen in jeugd-ggz’

De rechtsbescherming van minderjarigen in de kinder- en jeugdpsychiatrie laat volgens onderzoekster Vivianne Dörenberg te wensen over. Bureaucratie, gebrekkige samenwerking tussen instanties en wachtlijsten zorgen ervoor dat zorgprocessen stagneren. ‘Zorg en gezag moeten losgekoppeld worden: Jeugdbeschermers en ouders moeten een gedeelde verantwoordelijkheid krijgen.’
‘Zorg en gezag loskoppelen in jeugd-ggz’

Als ouders of minderjarigen de noodzakelijke hulpverlening belemmeren, hebben hulpverleners geen poot om op te staan, zegt Vivianne Dörenberg in een interview met SC-online. Zij is gepromoveerd aan de Radboud universiteit Nijmegen. Dörenberg onderzocht de rechtspositie van minderjarigen in de kinder- en jeugdpsychiatrie bij opneming, behandeling en verblijf.

Losgekoppeld
Jeugdbeschermers en ouders moeten een gedeelde verantwoordelijkheid krijgen, volgens Dörenberg: ‘Zorg en gezag moeten worden losgekoppeld. Als een noodzakelijkheidcriterium in de wet wordt opgenomen, kan men in ernstige conflictsituaties tussen ouders en hulpverlener, een rechter inschakelen die opname kan afdwingen.’

Onderbehandeling
Maar liefst vijf procent van de kinderen en jongeren ervaart dermate ernstige psychische of psychiatrische problemen, dat ze niet goed functioneren in het dagelijkse leven. Dat blijkt uit cijfers van GGZ Nederland. Het Trimbos-instituut schat dit percentage zelfs hoger: zeven procent. In de praktijk maakt slechts twee procent van alle kinderen en jongeren gebruik van zorg in de jeugd-GGZ. Er lijkt sprake te zijn van onderbehandeling, aldus Dörenberg.

Spanningsveld
Volgens de onderzoekster is er een spanningsveld tussen bescherming en zelfbeschikking. ‘Gedwongen opname betekent voor minderjarigen een inbreuk op hun privacy. Ouders moeten de zorg voor hun kind uit handen geven. Het gaat in de jeugdpsychiatrie echter vaak om kinderen uit gezinnen waarin ouders worstelen met de opvoeding en waarin er ook vaak andere problemen spelen. Ouders kunnen soms de relatie met hulpverleners frustreren of onder druk zetten. Als ouders of minderjarigen de noodzakelijke hulpverlening belemmeren, hebben hulpverleners geen poot om op te staan.’

Strikt en streng
De huidige criteria voor gedwongen opname zijn te strikt en te streng, vindt Dörenberg. Ouders blokkeren soms een opname, ook al is deze in ogen van de hulpverlener noodzakelijk. ‘Hierdoor krijgt het kind niet de hulp die zij of hij nodig heeft. Ik pleit voor beleid voeren in plaats van een situatie proberen te beheersen. Wel moet daarbij een zorgvuldige analyse worden gemaakt van elke individuele situatie. Ook moet een verplichte mogelijkheid tot bijzondere observatie worden ingesteld.’

Kostbare tijd
Volgens Vivianne Dörenberg werken instanties in het veld te veel langs elkaar heen. ‘Er zijn bijvoorbeeld twee indicatiemomenten: door Bureau Jeugdzorg en door de instelling waarin de jeugdige wordt opgenomen. Dat is verwarrend en vergt kostbare tijd als een jongere dringend hulp nodig heeft.’

Wetgever
Bureau Jeugdzorg gaat volgens Dörenberg te ruim om met de termijn waarbinnen de indicatiestelling moet worden afgerond. ‘De voorgeschreven acht weken zijn lang als een kind dringend hulp nodig heeft. Verlaag deze termijn naar vier weken. En koppel de beslistermijn aan het moment van de aanmelding. Daar kan de wet op worden aangepast. Als het recht hieraan bij kan dragen, moet de wetgever die kans grijpen.’


Meer nieuws in uw inbox? Klik hier voor de gratis Zorg + Welzijn  Nieuwsbrief. Voor meer achtergronden en opinies, neem hier een abonnement op Zorg + Welzijn Magazine.

Volg Zorg+Welzijn op Twitter

Bron: SC online

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.