Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

‘Met een klein AOW’tje kun je geen sociaal leven bekostigen’

De Zwaluwse ouderen zitten niet achter de geraniums. Al meer dan dertig jaar lang komen ze elke middag samen in hun dorpshuis. Het succes van het inloophuis voor ouderen schuilt in de actieve vrijwilligers, zelf ook 65-plus. ‘Er is een grotere behoefte samen te zijn. Dat heeft misschien wel te maken met de slechte financiële situatie van veel ouderen.’

Door Carolien Stam – ‘Op vrijdagmiddag heb ik hier dienst, woensdagmiddag kom ik sjoelen en maandags of dinsdags kom ik ook even langs.’ Riet van Kastel, 72 jaar, zit al 17 jaar in de activiteitencommissie van het inloophuis Den Domp in Lage Zwaluwe (Noord-Brabant). ‘Ik wil graag vrijwilligerswerk doen. Mensen kunnen hier gezellig en goedkoop allerlei activiteiten samen doen. Dat vind ik belangrijk, de meesten hebben een klein AOW’tje. Ik heb zelf nu ook veel contact met bekenden. We kennen elkaar allemaal, maar je moet toch een plek hebben waar je samen komt.’

Inloophuis Den Domp bestaat al vanaf 1976, sinds een wethouder zich sterk heeft gemaakt voor een eigen plek voor ouderen in het dorp. Lage Zwaluwe heeft, net als de vijf omliggende dorpen die samengevoegd zijn in één gemeente: Drimmelen (Brabant), bovengemiddeld veel ouderen. Het oude schoolgebouw is een centrum van activiteit voor de senioren. Elke middag is er iets te doen, biljarten, handwerken, cursussen, kaartje leggen en meer. De Stichting Welzijn Ouderen van de gemeente Drimmelen ondersteunt het in-loophuis – ook in twee andere dorpen. In Lage Zwaluwe zijn de ouderen zelfvoorzienend: ‘We hebben alles zelf in de hand, kopen koffie en eten goedkoop in bij de supermarkt. En met een actieve club vrijwilligers organiseren we hier de boel,’ zegt Jan Luijten, voorzitter van de activiteitencommissie en actief  in Den Domp vanaf het eerste uur. 

Klein netwerk
Sociale relaties zijn cruciaal voor het welzijn, het welbevinden én voor de gezondheid van ouderen. Dat blijkt uit verschillende onderzoeken naar eenzaamheid onder ouderen. Een onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam toont aan dat ongeveer één derde van de 55-plussers eenzaam is en ongeveer 4 procent in ernstige tot zeer ernstige mate. Boven de 75 jaar wordt dat percentage snel hoger. Oude-ren die alleenstaand zijn, een dierbare verloren hebben, problemen met hun gezondheid ervaren en ouderen boven de 80 jaar lopen een extra risico eenzaam te worden.

Eenzaamheid is echter niet alleen een kwestie van ‘onder de mensen komen’, wordt duidelijk uit een ander onderzoek van het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI). Het instituut onderzocht in 2006 zeventien interventieprojecten om eenzaamheid onder ouderen aan te pakken. Daar-
uit blijkt dat alle onderzochte interventies de oplossing voor het eenzaamheidsprobleem geheel of gedeeltelijk zoeken in het in contact brengen van ouderen met anderen. ‘De keuze van hulpverleners voor deze oplossings-
richting heeft allereerst als reden de vooringenomen gedachte dat een klein sociaal netwerk de belangrijkste oorzaak van eenzaamheid is,’ aldus het rapport.

Maar eenzaamheid onder ouderen blijkt verder te gaan: ‘Het effectonderzoek maakt duidelijk dat van tien nader onderzochte interventies er maar twee geslaagd blijken te zijn.’ Het gaat om een internet-aan-huis-interventieproject voor ouderen en chronisch zieken. En een groepsactiviteit – koffietijd en gespreksgroepen – binnen een woonzorgcentrum.

Inhoud van relaties
Eenzaamheid kent verschillende vormen. Het heeft niet zozeer te maken met het aantal sociale relaties, maar eerder met de inhoud van de relaties, aldus een rapport van de GGD Zuid-Holland. Eenzame ouderen zijn moei-lijk te bereiken. Het is vaak een gevolg van opeenvolgende gebeurtenissen in iemands levensloop, veel mensen op hoge leeftijd zijn niet gemakkelijk te activeren en voor eenzame ouderen is de drempel hoog om gebruik te maken van bestaand aanbod.

Directeur Peter Geleijns van Stichting Welzijn Ouderen in de gemeente Drimmelen, bevestigt dat een inloophuis voor ouderen alléén niet voldoende is om kwetsbare ouderen te bereiken. ‘Eenzaamheid kan snel toeslaan bij ouderen als er breekpunten in het leven zijn. Vaak bij het verlies van een dierbare of van lichamelijke functies. Boven de 75 jaar neemt de kwetsbaarheid snel toe. Belangrijk is dat we weten om wie het gaat, zodat je op de persoon toegesneden hulp kunt bieden. Sommige mensen willen helemaal niet naar een inloophuis, zitten liever thuis en willen met iemand praten. Daar moet je ouderenadviseurs naar toe sturen, die contact kunnen leggen met zo’n oudere.’

Om deze ouderen in beeld te krijgen is het volgens Geleijns nodig om met andere instanties samen te werken, zorginstellingen, kerkelijke instellingen. Om informatie uit te wisselen en een goede aanpak te kiezen om mensen te bereiken. ‘Je moet niet bij iemand binnenkomen, “U bent zielig, dus we komen u opzoeken”. Je moet mensen aanspreken op hun kracht, op zaken waarover ze iets te vertellen hebben. Dan zie je ook dat mensen eerder vertellen wat hen dwars zit.’

Biljart en handwerk
In Den Domp is de activiteitenmiddag begonnen. De twee biljarttafels zijn populair bij de mannen. Een clubje zit te kaarten: rikken, zoiets als klaverjassen, maar dan in het zuidelijke deel van Nederland.
Aan een tafel zitten drie vrouwen te handwerken. Met onvermoede precisie knippen en plakken ze onderdeeltjes van plaatjes op een kaart. Het eindproduct is een driedimensionale ansichtkaart. Voor feesten en partijen: ‘Mijn dochter is 25 jaar getrouwd, daar maak ik deze kaart met rozen voor,’ zegt een mevrouw.

Activiteitenvoorzitter Jan Luijten legt uit hoe de biljartcompetitie in de regio Drimmelen werkt. Dit soort bijeenkomsten zijn ook belangrijk om het sociale leven van de senioren op de rails te houden, weet Jan Luijten als spin in het web van Den Domp. ‘Kijk, deze man, hij was drie jaar geleden opgegeven, kanker. Nu biljart hij elke week met ons, hij is er helemaal bovenop gekomen. Ik zie het zo vaak gebeu-ren. Mensen die opbloeien omdat ze aansluiting vinden in de activiteiten die ze kunnen doen. Laatst stond een man te springen van plezier voor zijn stoel, terwijl hij stijf en krom achter een rollater binnenkwam. Als je dat ziet, krijg je tranen in je ogen.’

Nauwe band
De senioren in Den Domp kennen elkaar allemaal. Uit het dorp, van de lagere school of omdat ze van jongs af buren zijn geweest, en hun ouders ook. De meesten zijn hier geboren en getogen. Je zou niet verwachten dat hier onder ouderen een gebrek aan sociale ontmoeting is. ‘De band tussen de mensen is nauwer dan in de stad,’ bevestigt Jan Luijten, ‘maar je moet ook een plek hebben om samen activiteiten te doen. Ik zie de laatste jaren het aantal deelnemers toenemen, de behoefte elkaar te ontmoeten is groter geworden. Dat heeft met de televisie te maken. De tv-programma’s zijn vooral op jongeren gericht.’ Jan Luijten denkt even na: ‘Het heeft ook te maken met de financiële situatie van mensen. Die is de laatste jaren echt slechter geworden. Ik doe vanuit de vakbond ook de belasting-aangifte voor mensen en ik zie dat veel meer 65-plussers maar afhankelijk zijn van alleen een klein AOW’tje. Dit is een arbeidersdorp, mensen hebben geen riant pensioen opgebouwd. In de gemeente zit 40 procent van de 65-plussers onder het minimuminkomen. Dan kan je geen uitgebreid sociaal leven met uitjes, reisjes en middagjes winkelen erop nahouden.’

‘Het inloophuis is voor mij de plek waar we samen kunnen komen,’ vindt Riet van Kastel. In haar autootje rijdt ze minstens drie keer per week naar Den Domp. ‘Je hoeft hier niet eenzaam te zijn, er is altijd wat te doen. Afgelopen donderdagmiddag hadden we een etentje voor alleenstaanden. Een driegangenmenu voor twaalf euro! Wijntje erbij, lekker toetje. We halen de boodschappen zelf. En af en toe krijgen we eens aardappelen of winterwortels van de een of andere boer. We organiseren wel vaker een etentje. Als ik niet meer uit de voeten kan, dan heb ik nog tijd zat om achter de geraniums te gaan zitten.’

Dit artikel staat in Zorg + Welzijn Magazine nummer 3, maart 2009.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.