Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Zorg 2003: minder regelzucht, meer kwaliteit: Marktwerking in de Bomhoff-doctrine

Een nieuw bekostigingssysteem in de zorg en véél minder regels en wetten. Dat zijn de meest in het oog springende voornemens van het verse kabinet. Het 'nieuwe' beleid wordt weliswaar met toeters en bellen gepresenteerd, maar borduurt veelal voort op maatregelen waar 'Paars' al mee was begonnen. Onder de bewindslieden Bomhoff en Ross-Van Dorp is meer marktwerking en meer vrijheid voor de zorgaanbieders te verwachten.

‘Een blijmoedige insteek,’ zo kondigde de nieuwbakken minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zijn eerste begroting aan. Hij kon gemakkelijk blijmoedig zijn, want hij had meer geld te besteden: voor deze kabinetsperiode 2002 tot 2006 mag hij 9,5 miljard extra uitgeven. De ‘volume-uitgaven’ kunnen jaarlijks met 2,5 procent stijgen. Daarnaast is er 1,2 miljard extra beschikbaar voor het terugdringen van de wachtlijsten (van de instellingen), die nu worden uitgedrukt in wachttijden (voor de cliënt). Dit om te voorkomen dat instellingen lange wachtlijsten gaan aanleggen om meer geld te krijgen. Ombuigingen komen er ook. Met name op het gebied van regels en overhead, en op het budget voor geneesmiddelen. Het moet, zo staat te lezen in de VWS-begroting, zo’n 568 miljoen euro opleveren.

Productie opschroeven
Het gaat goed met onze gezondheidszorg, betoogt minister Eduard Bomhoff. We leven steeds langer, we kunnen gebruik maken van steeds verder ontwikkelde medische technieken en de dokters kunnen steeds meer. ‘Vergrijzing is heel mooi,’ aldus Bomhoff, ‘en niet zoiets als zure regen, zoals het vorige kabinet het voorstelde. Het kost meer geld.’ Het recht op zorg voor iedereen is het uitgangspunt voor de begroting. Dat is natuurlijk heel mooi, maar dat recht had de burger natuurlijk al lang en werd de laatste tijd steeds meer door patiënten en cliënten via zorgverzekeraars en rechters afgedwongen.
Op de schop gaat het bekostigingssysteem in de zorg. Er zijn geen voorop vastgestelde overheidsbudgetten meer voor de ziekenhuizen, maar instellingen kunnen hun productie zoveel mogelijk opschroeven om de wachttijden terug te brengen. Dat zal volgens de VWS-minister niet leiden tot een kostenexplosie. ‘Daarvoor zijn enkele mechanismen in het systeem ingebouwd.’
Bomhoff noemt vier voorbeelden: cao’s leggen arbeidsvoorwaarden vast, wat voorspelbare kosten oplevert. Voor medicijnen blijven maximum tarieven gelden, vastgesteld door het COTG (Centraal Orgaan Tarieven Gezondheidszorg). Onroerende goederen zijn een vaste kostenpost. En specialisten worden weer betaald naar het aantal verrichtingen.

Het nieuwe bekostigingssysteem moet vraag en aanbod in de zorg beter op elkaar afstemmen. ‘Per sector wordt naar het geëigende moment gekeken om over te stappen naar een nieuw systeem,’ aldus de VWS-nota. De ziekenhuissector bijt het spits af met de invoering van meer marktwerking. In 2003 maakt de sector een begin met de Diagnose Behandeling Combinaties (DBC’s), gevolgd door de ggz. Een DBC omvat alle activiteiten en verrichtingen in een ziekenhuis op de zorgvraag van de patiënt. Ziekenhuizen en zorgverzekeraars gaan nu op lokaal niveau afspraken maken over volume, prijs en kwaliteit van de DBC’s. De verzekeraars zullen als inkopers en regisseurs van zorg fungeren. De overheid, zo verzekert Bomhoff, zal toezien op de kwaliteit van de geleverde zorg en beoordeelt de prestaties van de verzekeraars. De financiële prikkels zullen, zo is de Bomhoff-doctrine, leiden tot meer en betere zorgproductie. De prijzen van medicijnen, in de begroting een bezuiniging van jaarlijks 280 miljoen euro (de helft van de totale ombuiging), worden ook door vraag en aanbod bepaald. Met dien verstande dat het COTG de maximumprijzen zal blijven vaststellen.
Minister Bomhoff presenteert zijn beleid als de grote omslag, maar wie naar de uitwerking ervan kijkt, ziet dat veel acties, en ook meer geld, al onder het ‘oude’ kabinet zijn ingezet. Zo stelde ex-minister Borst al extra geld ter beschikking voor de wachtlijsten, voor de ouderenzorg en de gehandicaptenzorg. En zocht zij naar mogelijkheden zorg doelmatiger te organiseren en zorgaanbieders beter te laten samenwerken. Ook zijn er meer opleidingsplaatsen gekomen voor gespecialiseerde verpleegkundigen, huisartsen en verloskundigen. Bomhoff komt met soortgelijke beleidsvoornemens.

Interactief
Ook de geestelijke gezondheidszorg krijgt vanaf 2003 te maken met de invoering van het DBC-traject als bekostigingssysteem. Dit gaat overigens vier jaar gaat duren. Het systeem houdt in dat zorgaanbieders alleen budget ontvangen voor daadwerkelijk geleverde zorg op basis van kostendekkende tarieven. Verder kunnen, evenals de ziekenhuizen, ook instellingen in de ggz en de verslavingszorg per 1 januari 2003 extra productie leveren zonder gehinderd te worden door een maximum budget. Dit om de wachttijden tot een ‘aanvaardbaar niveau’ terug te dringen.
Ook het persoonsgebonden budget zal in de gemoderniseerde AWBZ binnen de ggz meer toegepast kunnen worden. Het kabinet wil, aldus de Zorgnota van VWS, verder onderzoeken of het mogelijk is eerstelijns psychische zorg in het basispakket voor de nieuwe basisverzekering – die voor 2005 op de rol staat – op te nemen.
In de ouderenzorg worden de wachttijden ook door het nieuwe kabinet aangepakt: de wachttijden moeten eind 2003 tenminste twintig procent lager zijn dan tijdens het laatste meetpunt, oktober 2001. Toen bedroeg het aantal wachtenden 87.300, waarvan 32.500 mensen zonder overbruggingszorg. Overigens was het aantal wachtenden sinds 2000 al dalende. Om het doel te bereiken dienen bouwplannen versneld uitgevoerd te worden, moet het ziekteverzuim onder het personeel omlaag om het personeelstekort het hoofd te bieden en moet meer variatie in het zorgaanbod de keuzemogelijkheden van cliënten vergroten. Door benchmarking, waarbij instellingen zichzelf met anderen vergelijken, kan de bedrijfsvoering verbeteren.

Kwaliteitszorgsystemen in de instellingen moeten de ouderenzorg op een hoger niveau brengen, daar waar dat nodig is, betoogde staatssecretaris Clémence Ross-Van Dorp tijdens de presentatie van de VWS-begroting. Ook hier minder regels, minder bureaucratie. De staatssecretaris kondigde aan een langetermijnvisie op ouderenbeleid te willen ontwikkelen. ‘Daarin zijn ook zaken begrepen als wonen, veiligheid en mobiliteit van ouderen. Wij willen deze visie interactief, met medewerking van partijen van onderaf, tot stand brengen.’
Nieuwbouw en renovatie van oudbouw is een belangrijke manier om de ouderenzorg te vernieuwen en de capaciteit uit te breiden. Een groot probleem zijn echter de kapitaallasten van de ‘oude’ gebouwen, die als een financiële molensteen om de nek van veel zorginstellingen hangen. Staatssecretaris Ross-Van Dorp erkent het financiële probleem, maar wil niet direct tegemoet komen aan de claim van 800 miljoen euro die ouderenzorgkoepel Arcares enkele weken geleden neerlegde. ‘Als instellingen met dit probleem zitten, kunnen we wel met andere partners bekijken – woningbouwcorporaties, gemeente – hoe dit op te lossen. Niemand heeft er iets aan de kapitaallasten steeds verder te laten oplopen,’ aldus Ross-Van Dorp.

Zorg-op-maat
Minder regels en minder bureaucratie is het motto. Minister Bomhoff kondigde aan binnenkort hierover een ‘implementatieplan’ naar de Tweede Kamer te sturen, dat voortbouwt op de plannen van de commissie-De Beer. ‘Je moet dan denken aan een verandering van de mix tussen overhead en servicepersoneel,’ legt minister Bomhoff uit. ‘Minder papierfunctionarissen en meer servicefunctionarissen.’
‘Ontbureaucratisering dient ook in de jeugdzorg plaats te vinden,’ belijdt staatssecretaris Ross-Van Dorp. ‘Er moet beter samengewerkt worden. Regels mogen niet belemmerend zijn, er moet meer transparantie zijn.’
Het gezinsdrama in Roermond maakt voor Ross-Van Dorp duidelijk dat er bemoeizorg nodig is om achter de deur bij gezinnen te komen. ‘In overleg met minister Donner van Justitie zullen wij bekijken in hoeverre de nieuwe Wet op de Jeugdzorg daarop aangepast moet worden.’ De jeugdgezondheidszorg van 0 tot 19 jaar komt per 1 januari onder regie van de gemeenten. Een meer samenhangend beleid en zorg-op-maat moet dat met zich meebrengen. Daarvoor stelt het kabinet 16 miljoen structureel ter beschikking.
Tot slot staat er in de gehandicaptensector nog het een en ander te gebeuren. De Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) wordt ondergebracht bij VWS (komt van het ministerie van Sociale Zaken). Doel is, zo is te lezen in de Zorgnota, om het verlenen van zorg buiten de instellingsmuren verder uit te breiden in 2003. Een goede afstemming van wonen, zorg welzijn en dienstverlening en derhalve afstemming tussen de – gemoderniseerde – AWBZ en WVG is daarvoor nodig.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.