Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties4

‘Zaai minder onzekerheid over de zorg’

Vanaf begin 2015 is in Nederland een grote verandering in de langdurige zorg doorgevoerd, met veel ophef in het politieke en maatschappelijke debat. Beelden van verschraling en mensen die tussen wal en schip vallen zijn in de media voortdurend herhaald. Maar hoe gaat het nu écht na alle veranderingen? Jan Coolen maakte voor Gerōn de tussenstand op.
1-ouderenzorg-Fotolia.jpg

Wat was het doel van de hervorming van de langdurige zorg? Coolen onderscheidt vier leidende thema’s. Ten eerste moest de inzet van zorg en ondersteuning beter aansluiten op de zorgvraag van mensen met beperkingen waarbij ook goed gekeken moet worden naar wat mensen, met behulp van hun netwerk, zelf nog kunnen. Daarnaast kregen gemeenten een grotere rol bij ondersteuning van mensen met een beperkte zelfredzaamheid. Parallel hieraan kregen zorgverzekeraars meer bewegingsvrijheid. Het derde thema was om te zorgen dat mensen met een blijvende ernstige zorgbehoefte recht op intensieve zorg zouden houden. Thuis of in een bijzondere woonvorm. Tot slot moesten de kwaliteit van zorg en ondersteuning op een goed niveau komen en de betaalbaarheid van de langdurige zorg worden geborgd.

Wijkteam

Inmiddels zijn we twee jaar verder en is er daadwerkelijk één en ander veranderd. Zo is de AWBZ verdwenen, werkt inmiddels 87 procent van de Nederlandse gemeenten met een wijkteam om hun zorgtaak goed uit te kunnen voeren en brengt de Wmo verschillende verschuivingen met zich mee voor ouderen waardoor bijvoorbeeld hulp bij de huishouding steeds meer een eigen verantwoordelijkheid is geworden.

Het Sociaal Cultureel Planbureau bracht een rapportage uit over de tussenstand in het Sociaal Domein. Dit zijn de tien hoofdpunten uit het rapport. Lees meer >>

Overzichtelijke herschikking

Coolen: ‘Met de hervorming van de langdurige zorg is een soort ruilverkaveling doorgevoerd met een bredere rol voor gemeenten, een grotere regie voor zorgverzekeraars bij samenhangende eerstelijnszorg en een landelijke regeling voor 24uurszorg met keuzeruimte voor belanghebbenden. De herschikking van zorgfuncties is overzichtelijk in opzet, hoewel er soms vragen zijn over de afbakening: wat hoort onder welke wet of regeling bij uitgebreide zorgbehoeften?’ Volgens Coolen ontstaat er ook een kwaliteitsimpuls: de zorg wordt gericht op de kwaliteit van leven die de cliënt/patiënt zelf wenst. Professionals worden beter toegerust om deze persoonsgerichte zorg mogelijk te maken.

Huishoudelijke hulp

Hoe de veranderingen op de lange termijn uitpakken, daar durft Coolen nog geen uitspraak over te doen. Wel is volgens hem nu al duidelijk dat een lichte verschuiving naar informele zorg mogelijk is, maar niet te veel. ‘Eerder dan meer familiezorg, zie je dat er een trend ontstaat naar meer zelf betaalde ondersteuning. Verder ontstaat er wel een flinke verschuiving van intramurale voorzieningen naar zorg thuis, samen met initiatieven tot onderlinge steun in wijknetwerken. Bij dit alles is in recente jaren geen probleem ontstaan met toegang tot formele zorg. Niet in de wijkverpleging, maar ook niet bij de intramurale ouderenzorg.’ Wel ziet Coolen dat er een forse krimp is ontstaan in de huishoudelijke hulp, wat veel onrust heeft verzorgd. De verwachting is volgens hem dat ouderen in de toekomst meer zelf hun woonservice moeten gaan betalen.

Budget

Verder hebben zorgaanbieders de afgelopen tijd veel geklaagd over een te krap budget waardoor soms zelfs patiëntenstops ontstonden. Coolen: ‘Volgens monitoring zijn er heel weinig klachten van mensen die werkelijk problemen kregen.’ Wel is de groei van zorguitgaven gedempt, zijn geplande bezuinigingen afgezwakt en blijft het financieel kader voor langdurige zorg aan ouderen op een hoof peil.

Zaai minder onzekerheid

Coolen: ‘We kunnen concluderen dat de tussenbalans anders is dan het publieke beeld van zorghervorming. Dat beeld legt een accent op verschraling en achteruitgang, terwijl dat niet per definitie het geval is. Daarbij is er een bijzondere tegenstrijdigheid. Uit onderzoek blijkt dat Nederlanders meer dan in andere Europese landen ongerust zijn over de zorg, terwijl aan 87 procent van de Nederlanders wel aangeeft erg tevreden te zijn over de gezondheidszorg. Men vindt de zorg nog steeds goed, maar denkt dat die in de toekomst achteruit gaat. Het zou dus wenselijk zijn als overheidsinstanties en zorgverleners minder onzekerheid zouden zaaien.’

Lees het hele artikel in het meest recente nummer van Gerōn

4 REACTIES

  1. Een roze bril van dhr
    Coolen. De thuiszorg die door de WMO wordt uitgevoerd (lees wegbezuinigd) Begeleiding wordt bijna niet meer toegewezen. Huishoudelijke hulp minutenwerk. Het is te hopen dat Dhr.Coolen hier niet mee te maken krijgt
    Waarschijnlijk zal hij dan particuliere (zwarte) hulp inkopen. Chronisch zieken die geen 24 uurs zorg in de nabijheid nodig hebben worden overgeleverd aan het (medisch) inzicht van ambtenaren. Minima's en AOWers worden verwaarloosd en vereenzaming is hun lot.

  2. Lees alle reacties
  3. Ik denk dat de zorg op zich wel goed is , maar het prijskaartje wat er aan hangt is schandalig voor mensen die op de zorg zijn aangewezen. Het is nog steeds niet duidelijk: ziek zijn en worden dat overkomt je daar kies je niet voor. En als je dan geen andere uitweg meer hebt ben je aangewezen op zorg met dat dure prijskaartje en blijft er niet meer over om nog van te genieten in het leven. Want lichamelijk wordt je ook alles afgepakt. In en in triest al je dit mee maakt bij je eigen kinderen. Terwijl er voor buitenlanders zoveel geld wordt uit getrokken.

  4. Op systeemniveau ziet het er blijkbaar allemaal mooi uit omdat de financiële en organisatorische doelstellingen van dit Kabinet zijn gehaald. Dat er wijkteams zijn – ook een organisatorische maatregel – zegt nog niets over de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg. De verplichting tot zorg thuis totdat mensen niet meer kunnen wordt verkocht als positief (immers in de eigen omgeving) maar leidt tot bijna onhoudbare situaties, met veel onzekerheid en angst (omdat er geen hulp dichtbij is) en tot veel eenzaamheid in een toch al moeilijke laatste levensfase. Het ontmantelen van verzorgingshuizen en het bijna afsluiten van (tijdelijke) verpleeghuiszorg wordt nu verkocht als een positieve ontwikkeling, maar het is niet meer dan een bezuinigingsmaatregel over de ruggen van onzekere, vaak angstige en eenzame ouderen. Voor dhr. Coolen telt dat allemaal niet. Want door zijn beleidsbril is de operatie geslaagd. Dat de toegankelijkheid en de kwaliteit daarbij in veel gevallen sneuvelen zal in zijn visie wel "collateral dammage" zijn. Ik had bij Zorg&Welzijn op een iets kritischer blik op de dagelijkse praktijk gehoopt…

  5. De zorg is breed. Ik denk dat de tevredenheid vooral geldt voor de medische zorg zoals ziekenhuiszorg. Die is ook landelijk toegankelijk. De zorg voor complexe chronische psychische aandoeningen die naar de gemeenten is gegaan is verslechterd. Ben je daarvan afhankekelijk dan is dat huilen met de pet op. Iemand die zegt dat deze transitie een verbetering is, zit aan de andere kant van de (keuken)tafel.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.