Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Een schreeuw om integrale oplossingen voor wonen en zorg

Een gemeente of wijk waarin mensen tot op hoge leeftijd zelfstandig, fijn en veilig kunnen wonen. Waarin benodigde zorg en ondersteuning binnen handbereik zijn. Dat klinkt logisch. Maar om dit voor de nabije toekomst te realiseren, moeten betrokken partijen nú samen in actie komen. De Taskforce Wonen en Zorg helpt hierbij.
De verantwoordelijkheid voor de genoemde actie ligt in de driehoek lokaal, wonen en zorg. Niet voor niets is de Taskforce een gezamenlijk initiatief van de VNG, Aedes, ActiZ en de ministeries van VWS en BZK. Zij zien dat gemeenten, woningcorporaties en zorgorganisaties deze enorme maatschappelijke opgave alleen samen het hoofd kunnen bieden. Daar komt bij dat snelheid geboden is.
https://static-content.springer.com/image/art%3A10.1007%2Fs41196-020-0694-x/MediaObjects/41196_2020_694_Fig1_HTML.jpg
pixdeluxe / Getty Images / iStock

Plaatje

Gemeenten, woningcorporaties en zorginstanties hebben nu al de grootste moeite om te voorzien in geschikte woonruimte voor kwetsbare groepen. Het groeiende aantal ouderen komt daar nog eens bij. Over twintig jaar leven er in Nederland naar schatting 1,8 miljoen 80-plussers, bijna twee keer zo veel als nu. De trend is dat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig willen blijven wonen, het liefst dicht bij bekenden en voorzieningen. Daarbij hebben ze alle- maal hun eigen (zorg- en ondersteunings)-behoeften. Die diversiteit is niet nieuw, maar maakt de opgave in combinatie met de dubbele vergrijzing en het betaalbaar houden van de zorg wel complex en urgent.
De ene groep zal geholpen zijn met een lift in de galerijflat waar ze woont. Oplossingen voor bijvoorbeeld e-health en preventie of informele zorg kunnen bijdragen om die woonsituatie voorlopig te bestendigen. Een andere groep zal baat hebben bij ingrijpender aanpassingen van de eigen woning of doorstroming naar een andere, kleinere woning. Dit laatste kan de doorstroming op de toch al krappe woningmarkt als geheel weer een impuls geven. Voor weer een andere groep zijn geclusterde woonvormen nodig, waar wonen, welzijn, zorg en leefbaarheid slim worden gecombineerd.

Dringend

Het is duidelijk dat het voor alle partijen zaak is om de handen nú uit de mouwen te steken en ineen te slaan. Er is dringend behoefte aan creatieve en integrale woon-, zorg- en welzijnsoplossingen voor ouderen en mensen met een zorg- en ondersteuningsbehoefte. Marieke Kleiboer, plaatsvervangend directeur-generaal Langdurige Zorg bij het ministerie van VWS en lid van de Taskforce, benadrukt het dringende karakter. ‘Omdat ouderen niet direct op straat komen te staan, valt deze opgave in gesprekken over urgentie vaak van de agenda. Maar steeds meer ouderen zitten in een ongeschikte woning, met alle schrijnende gevolgen van dien. Bovendien zit er veel tijd tussen de plannen voor nieuwe woonvormen en de uiteindelijke oplevering. Ik zie het als opdracht van de Taskforce om het belang bij alle partijen op het netvlies te krijgen en ze te bewegen om snel, gezamenlijk in actie te komen.’
Chris Kuijpers, directeur-generaal Bestuur, Ruimte en Wonen, zit namens het ministerie van BZK in de Taskforce. Hij is het eens met Kleiboer en wijst op het belang van de integrale aanpak. ‘Natuurlijk beseffen we dat zelfstandig wonen en zorg altijd gescheiden werelden zijn geweest. Het vormgeven van die samenwerking is daarom een hele uitdaging. Aan de opgave waar we nu voor staan, kunnen we alleen voldoen als we grensoverschrijdend samenwerken.’

Stappen

Wat Kuijpers betreft nemen gemeenten het initiatief voor en de regie op de samenwerking. ‘Zij zijn verantwoordelijk voor de analyse van de huidige situatie en toekomstige, gecombineerde behoeften op het gebied van wonen, zorg, welzijn en leefbaarheid. Natuurlijk zijn initiatieven en input van woningcorporaties, projectontwikkelaars, zorgaanbieders en de ouderen zelf welkom en nodig. Vanuit de analyse kunnen gemeenten “gedragen” beleid maken en de ambities, keuzes, financiën en bijdragen van de partners vastleggen in de woon- of woonzorgvisie. Prestatie- afspraken met deze partners vormen het startschot voor de uitvoering.’
De Taskforce ziet voor zichzelf een rol weggelegd als aanjager. Een ferme ambitie doet hierbij recht aan de gevoelde urgentie. Uit de nulmeting die de Taskforce dit voorjaar uitvoerde, blijkt dat lang niet alle gemeenten al weten waar de behoeften zitten en hoe ze die willen invullen. Kleiboer: ‘Ons streven is dat alle gemeenten halverwege volgend jaar de eerste bouwstenen – de analyse en de visie – gereed hebben. Tegen het einde van dat jaar kunnen dan prestatieafspraken met de partners op tafel liggen. Vanaf dat moment kunnen de coalities starten met concrete projecten om de visie in de praktijk te brengen.’

Helpende hand

In de rol van aanjager inspireren de leden van de Taskforce onder meer hun eigen netwerk. Daarnaast ligt er een breed ondersteuningsaanbod om gemeenten te stimuleren en belemmeringen weg te nemen. Er zijn circa veertig bestuurders als ambassadeur actief om beweging in hun eigen regio te organiseren, er vinden webinars en werksessies plaats en er worden handreikingen en best practices gedeeld. ‘En bij vragen kunnen gemeenten, corporaties en zorgorganisaties gebruikmaken van specialisten van het Ondersteuningsteam Wonen en Zorg van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland’, zegt Kleiboer.

‘Zij kunnen partijen heel gericht helpen bij de verschillende stappen en knelpunten waar ze tegenaan lopen. Dat varieert van het ondersteunen van een kleinere gemeente bij het uitvoeren van de analyse tot advies over het maken van prestatieafspraken met partners.’ Met knelpunten waar meerdere gemeenten tegenaan lopen, gaat de Taskforce aan de slag. Kuijpers: ‘Denk aan de financiering van collectieve ruimtes. Dergelijke ontmoetingsplaatsen zijn belangrijk in woonzorgconcepten, maar kunnen vaak niet in de huur worden doorberekend. Daarvoor zoeken wij oplossingen.’

Voorbeelden

Naast het ondersteuningsaanbod van de Taskforce, kunnen gemeenten kijken hoe andere lokale coalities de handschoen hebben opgepakt. Er komen steeds meer goede voorbeelden beschikbaar. In Rotterdam ondertekenden de gemeente, verschillende marktpartijen, corporaties, zorg- en welzijnspartijen en ouderenbonden begin dit jaar het ‘Langer Thuis Akkoord’. Deelnemers committeren zich hierin onder meer aan het ontwikkelen van zes ouderenhubs. Dit zijn centrale plekken in de wijk met voorzieningen zoals een huisartsenpost en een wijkrestaurant. In Amsterdam tekenden betrokken partijen op 1 juli van dit jaar een intentieverklaring om de komende jaren 2.000 ouderenwoningen te bouwen, waarvan de helft sociale huur. Bij de gronduitgifte kijkt de gemeente niet naar de hoogste bieding, maar naar het beste plan.
Zowel Kleiboer als Kuijpers ziet dat ontwikkelingen vooral een vlucht nemen als de verantwoordelijke wethouders de urgentie voelen. Dan zie je bij alle partijen veel energie en creativiteit loskomen. En dat is nodig om zo lang mogelijk fijn en zelfstandig wonen voor ouderen realiteit te maken!

Aan de slag

Gemeenten, woningcorporaties, zorg- organisaties en andere geïnteresseerden kunnen voor informatie, kennis, ervaringen en contactgegevens terecht op de website www.taskforcewonenzorg.nl.

André Hörmann is journalist.

Noten

Pact voor de Ouderenzorg

Het Pact voor de Ouderenzorg1 is het ‘overkoepelende’ plan om de zorg voor ouderen in Nederland – merkbaar en meetbaar – te verbeteren. In maart 2018 is dit pact ondertekend door de minister van VWS en betrokken partijen zoals gemeenten, zorgaanbieders, verzekeraars, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Ze committeren zich hierin aan opgaven op het gebied van eenzaamheid, verpleeghuiszorg én goede zorg en ondersteuning thuis. Om dit laatste goed vorm te geven, startte het ministerie van VWS met een groot aantal landelijke, regionale en lokale partijen het beleidsprogramma ‘Langer Thuis’.2 Een van de pijlers van deze bredere beweging – zoals de minister van VWS het noemt in zijn eerste voortgangsrapportage van juli 2019 – is ‘Wonen (en Zorg)’. De Taskforce Wonen en Zorg voert zijn taken uit onder dit programma.

Wat cijfers

Het rapport ‘Aanpassen of verkassen’3 van het Planbureau voor de Leefomgeving uit mei 2019 maakt het probleem concreter met de laatst bekende cijfers. In 2015 woonde slechts 20 procent van de 2,2 miljoen 65-plus-huishoudens in een min of meer geschikte woning voor ouderen. Toegegeven, het merendeel van de ongeschikte woningen was voor beperkte kosten (minder dan 10.000 euro) in technische zin aan te passen. Om vooral financiële redenen kwamen deze aanpassingen niet tot stand. Maar de helft van deze ‘aanpasbare’ woningen stond bovendien in een voor ouderen ongeschikte omgeving. Vooral door het ontbreken van voorzieningen en ontmoetingsplekken op loopafstand.

In het rapport ‘Oud en zelfstandig in 2030’4 uit juni 2020, concludeert de commissie Toekomst zorg thuiswonende ouderen in het verlengde hiervan dat er een groot gat gaapt tussen zelfstandig wonen en het verpleeghuis. Dat heeft alles te maken met het verdwijnen van het klassieke bejaardenhuis. Het rapport geeft een hele serie aanbevelingen. Een daarvan is gericht aan de ministeries van VWS en BZK, gemeenten, woningcorporaties, zorgaanbieders en -verzekeraars. ‘Bevorder de totstandkoming van woonvormen die het ouderen makkelijk maken om elkaar bij te staan.’ Het rapport gaat uit van 70.000 extra woningen in geclusterde woonvormen voor thuiswonende ouderen in 2030, door verbouw of nieuwbouw. Een andere aanbeveling gaat in op het belang van het opstellen van woonzorgvisies door gemeenten in samenwerking met de betrokken partijen. Op basis hiervan kunnen gemeenten prestatieafspraken maken voor de uitvoering van concrete plannen. De Taskforce levert een bijdrage aan onder meer deze aanbevelingen.

Stappen zetten

Gemeenten doorlopen bij het invullen van de opgave verschillende fasen:

1. Woonzorganalyse met onder meer huidige bevolkingsopbouw, beschikbare voorzieningen, aantal geclusterde woonvormen en aan te passen woningen, demografische ontwikkeling, verwachte ontwikkeling zorgvraag en bestaande woningbouwplannen.

2. Woonzorgvisie met onder meer duiding van woonzorgopgave, overzicht woonbehoefte, onderscheid doelgroepen, aanbod woonvormen en zorg en ondersteuning, leefbaarheid van de omgeving, plannen voor uitvoering en samenwerking.

3. Prestatieafspraken met onder meer concretisering van ambities en plannen uit de woonzorg- visie, ‘harde’ afspraken met woningcorporaties, huurdersorganisaties, zorgaanbieders en andere onderkende partners.

4. Uitvoering met onder meer voldoende doorzettingsmacht, vertrouwen tussen de partners en een onafhankelijke procesregisseur.

5. Borging door onder meer duurzame financierings- en organisatieconstructies, vitaal houden van de samenwerking en lessons learned.

Tip

Maak het probleem gezamenlijk en tastbaar. Naast gemeenten nemen ook zorginstellingen het initiatief tot lokale of regionale samenwerking. Hans Groenendijk, bestuursvoorzitter van Woonzorggroep Samen, deed dat met collega-zorgorganisatie Omring in de Kop van Noord-Holland. ‘ Aan de hand van demografische gegevens maakten we een concrete vertaling naar de vragen die op ons afkomen. Tijdens een stakeholdersontbijt met wethouders en bestuurders lieten we zien: over vijf jaar heeft uw gemeente 300 inwoners met dementie, over tien jaar 800 mensen met een verpleeghuisindicatie et cetera. Heel tastbaar. Vrijwel direct ontstond het beeld: dit kunnen we alleen samen. Met als resultaat een intentieverklaring, een gedeeld gevoel van urgentie én vernieuwende plannen.’

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.