Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties3

Revolutie in de welzijnspolder

Het einde van het welzijnsbestel. Voorbij Welzijn Nieuwe Stijl. Van de afhankelijkheid van professionele instellingen worden mensen niet gelukkig. Met retoriek als deze presenteerden Jos van der Lans en Nico de Boer de afgelopen weken hun essay ‘Burgerkracht. De toekomst van sociaal werk in Nederland’.
Revolutie in de welzijnspolder

De auteurs pleiten voor een eind aan het huidige welzijnsbestel, want welzijn is niet meer van gemeenten, maar van burgers. Ze onderscheiden daarbij krachtige en kwetsbare burgers. Alleen de kwetsbaren komen nog in aanmerking voor gesubsidieerde steun door professionals. Welzijnsinstellingen zijn grote supermarkten geworden die nooit echt vraaggericht hebben gewerkt, en hebben dus hun legitimiteit verloren. Tijd voor echt sociaal ondernemerschap om te ontsnappen aan de wurggreep van de gemeente. (Zie ook het interview met Nico de Boer, ‘Aan de welzijnsinstelling als supermarkt komt een eind’.)

Die boodschap lijkt zo gek nog niet, maar roept ook nogal wat vragen op. Ten eerste zijn veel voorstellen al realiteit en opereren veel organisaties al als sociale ondernemingen, die los van het subsidieinfuus hun broek proberen op te houden. En hoe krachtig zet ‘Nederland vrijwilligersland‘ zich met al zijn vrijwilligers, maatjes en mantelzorgers niet al in voor welzijn? Hoe nuttig is het onderscheid tussen krachtige en kwetsbare burgers, uit oogpunt van sociale samenhang? Waarom zijn er geen professionals ondervraagd in het onderzoek? Zijn ze vanuit de ideologie van eigen kracht verdacht geworden? En zijn de grote institutionele gedrochten in dit land niet vooral organisaties voor gezondheidszorg, psychiatrie en gehandicaptenzorg en niet zozeer de relatief kleine welzijnssector? Bovendien doen de verpakking en timing sterk denken aan de boodschap van Hans Achterhuis’ De markt van welzijn en geluk (1979). Het telkens benadrukken van ‘het einde van welzijn’, ‘de burger staat buiten spel’ en ‘professionele instellingen maken mensen ongelukkig’ lijkt de overbodigheid van het sociale werk te onderstrepen.

De Boer en Van der Lans ontketenen zo een revolutie in de welzijnspolder terwijl een volgende megadecentralisatie van jeugdzorg, begeleiding en arbeidsreïntegratie alweer op gemeenten en sociaal werk afkomt. Het pleidooi van John Beckers voor innovatie, slim merkenbeleid en het serieus nemen van vrijwilligers  levert voor sociaal werkers misschien meer handvatten op.

 

3 REACTIES

  1. Lees alle reacties
  2. Weg met ons!
    Terwijl de gemeenten op de achterste benen staan over het bestuursakkoord dat hun door de keel wordt geduwd, zijn de bezuinigingen voor De Boer en Van der Lans al een vaststaand feit. Een feit dat ze willen aangrijpen om een einde te maken aan de in hun ogen uit hun krachten gegroeide welzijnsinstituten. Voor de professional breken spannende tijden aan want die wordt werkloos en het wordt tijd om nu eens echt sociaal te gaan ondernemen. Hoe dat allemaal moet – daarop hebben De Boer en Van der Lans nog niet zo’n antwoord.
    Er vallen me nog een paar dingen op:
    – Nergens spreken De Boer en Van der Lans over de maatschappelijke waarde van welzijnswerk. Bijvoorbeeld in de zin van het onderzoek van de MOgroep:
    https://www.zorgwelzijn.nl/web/Actueel/Nieuws/Jet-Bussemaker-Beloon-welzijnswerk-voor-de-kosten-die-het-helpt-voorkomen.htm
    – Nergens komen ze i.p.v. te bezuinigen op het idee om geld vanuit de AWBZ richting Wmo te schuiven om het sociale werk juist te versterken. Waarom moet er überhaupt op welzijn worden bezuinigd? Substitutie! Er moet in worden geïnvesteerd! Niet alleen door de overheid, ook door fondsen, bedrijven en bijvoorbeeld ook door ziektekostenverzekeraars.
    En verder roept het essay Burgerkracht vooral veel verwarring op. Hoezo is ‘Welzijn Nieuwe Stijl’ nu ineens voorbij? Het stimuleringsprogramma loopt nog geen jaar en heeft amper tijd gehad om te landen. En hoezo legt Welzijn Nieuwe Stijl nu een veel te grote nadruk op de persoonlijke kwaliteiten van de werker? En is er, als het gaat om de druk op de zorg en mantelzorg, wel zo makkelijk een onderscheid te maken tussen sociaal sterke middenklassewijken en zwakke achterstandsbuurten? Is het sociale werk niet juist een voorwaarde om de enorme druk die nu al op mantelzorgers staat, te verminderen?
    Jammer dat vooraanstaande auteurs over sociaal werk snel klaar staan met dit soort ‘weg met ons’-betogen en niet juist pleiten voor een versterking van sociaal werk dat de druk op de langdurige zorg vermindert. Ruim baan voor breed opgeleide sociaal werkers nieuwe stijl die door het ondersteunen van sociale netwerken, maatschappelijke kloven verkleinen en mensen verbinden.

  3. Een venijnig commentaar met een paar rake opmerkingen, maar helaas ook een paar zinsneden die onze boodschap geen recht doen. Reden om wat recht te zetten.
    (1) Jos van der Lans en ik pleiten helemaal niet voor ‘het einde van welzijn’ (zoals Martin Zuithof met zijn aanhalingstekens suggereert), maar voor het einde van de bestaande institutionele inrichting daarvan, die burgers buitensluit en te weinig gebruik maakt van eigen kracht. Sterker nog: we zien heel veel nieuwe mogelijkheden en willen de professionals en de instellingen verlossen van pseudomarktwerking, verlamming door prestatiecontracten en aanbesteding enzovoort. Leve welzijn, weg met het bestaande bestel!
    (2) Nog zo’n suggestie van citaat: we zeggen helemaal nergens dat professionele instellingen mensen ongelukkig maken, laat staan dat we dat ‘telkens benadrukken’. We zien wel dat professionaliteit die onvoldoende aansluit bij burgers, haar doel voorbijstreeft.
    (3) We willen subsidie helemaal niet reserveren voor ondersteuning van kwetsbare burgers. Wel is het zo dat alleen de ondersteuning van / activering van kwetsbaren in ons voorstel mag rekenen op volledige overheidsfinanciering – voor de rest doet de gemeente er verstandig aan initiatieven van actieve burgers te cofinancieren.
    (4) Voor ons onderzoek hebben we 19 mensen geïnterviewd, van wie 3 professionals. Daarnaast hebben op LinkedIn veel (zij het nooit genoeg) professionals meegedebatteerd en dat gaat nog voort. Onze keuze is te legitimeren vanuit onze zoektocht naar een betere institutionele logica: het ging ons in eerste instantie om het bestel, dat zo fnuikend werkt op enthousiaste en ondernemende professionals. De insinuatie dat we ze niet hebben ondervraagd omdat ze vanuit de ideologie van eigen kracht verdacht zijn geworden, is een hele slappe.
    Dat er een volgende megadecentralisatie aankomt, schetsen we in ‘Burgerkracht’ uitgebreid. Voor Martin Zuithof lijkt die een reden te zijn om tegen ‘revolutie’ (zijn woord) te pleiten. Wij zien vooral dat het ijzer nu heet is. Als we nu de draai naar burgerkracht niet maken, wanneer dan wel?

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.