Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Eén indicatiestelling voor jeugd

Jongeren met een psychiatrisch probleem moeten niet meer klakkeloos aanspraak kunnen maken op hulp vanuit de AWBZ. Voortaan moet een arts bekijken of er ook andere manieren zijn om de jongere te helpen. Dat stelt SER-kroonlid Robin Linschoten in een advies over de manier waarop jeugdzorg en AWBZ-hulp voor jongeren beter op elkaar afgestemd kunnen worden.
Eén indicatiestelling voor jeugd

In het advies ‘verkeerd verbonden’ over de invoering van de AWBZ-maatregelen adviseert de commissie-Linschoten om tot één uniforme indicatiestelling voor de jeugd te komen. Alle indicatiestellers – Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) en bureaus jeugdzorg – op dezelfde manier werken, zodat geen onbedoelde of ongewenste aanspraken in de AWBZ kunnen ontstaan. Dit adviseert de commissie-Linschoten in het rapport.

Toegenomen
Het advies is aangeboden aan staatssecreataris Bussemaker van VWS en minister Rouvoet van Jeugd en Gezin. Het beroep op de AWBZ, met name de functie begeleiding (bijvoorbeeld begeleiding naar de sportclub, huiswerkbegeleiding, structuur aanbrengen in de dag) is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Staatssecretaris Bussemaker heeft al maatregelen genomen om de instroom te beperken tot mensen met een matige of zware beperking.

AWBZ-maatregelen
Het advies van de commissie-Linschoten gaat over de invoering van de maatregelen in de AWBZ ten aanzien van de jeugd, licht verstandelijk gehandicapte jeugdigen en jeugd-GGZ. De indicatiestelling en alle zorg voor lvg-jeugdigen moet van de AWBZ naar het jeugdzorgdomein. Dat geldt ook voor de functie begeleiding in de jeugd-GGZ. Om een goede kwaliteit van zorg te kunnen garanderen heeft zorg in natura de voorkeur boven een persoonsgebonden budget.

Verschillend
Het CIZ en de bureaus jeugdzorg indiceren nu verschillend. Het CIZ indiceert vooral op basis van een dossier: is er sprake van een handicap of een beperking bij het kind. Vervolgens kijkt men of het kind recht heeft op zorg volgens één uniforme methode. De bureaus jeugdzorg gaan uit van de omgeving van het kind, de opvoeding, school. Zij stellen de vraag: welke zorg is voor dit kind geschikt? De 15 bureaus jeugdzorg hebben meer ruimte voor het maken van eigen keuzes en doen dat nog niet volgens één uniforme methode.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.