Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Eenzaamheid ligt op de loer voor oude Spaanse gastarbeiders: ‘Zolang wij werken, hebben we geen hulp nodig’

De eerste generatie gastarbeiders die in de jaren zestig naar Nederland kwam, is nu grotendeels met de vut. Ze staat voor de keuze: terugkeren naar het land van herkomst of oud worden in Nederland. Beide zijn niet aanlokkelijk. Remigratie betekent een nieuw bestaan opbouwen, en dus onzekerheid. Hier ligt eenzaamheid echter op de loer. Een gesprek met Pedro Tejero Saèz, gastarbeider van het eerste uur, over de dilemma’s in de Spaanse gemeenschap.

Sinds 1 april van dit jaar is de nieuwe Remigratiewet

van kracht. Zuid-Europeanen ouder dan 45 jaar wordt het daardoor een stuk

gemakkelijker gemaakt om naar hun moederland terug te keren. Als

basisvoorziening worden de reis- en verhuiskosten vergoed. Mensen die in

Nederland een uitkering ontvangen die ‘niet exporteerbaar’ is naar het land van

herkomst, kunnen tot hun 65ste bovendien een maandelijkse bijdrage van rond de

1000 gulden tegemoet zien van de Nederlandse overheid. De regeling is op het oog

ruimhartig, maar toch zijn er weinig oude gastarbeiders die er gebruik van

maken. Dat blijkt althans uit een inventarisatie onder 300 ouderen die Lize,

overlegpartner van de overheid namens de Zuid-Europese gemeenschappen, vorige

maand aanbood aan minister Van Boxtel. Pendelen tussen twee landen wordt

verkozen boven een definitieve terugkeer. Vanwaar die terughoudendheid?

Pedro Tejero Saèz (63) uit Barcelona, gastarbeider van het eerste uur,

kan alleen spreken voor de Spaanse gemeenschap. Hij denkt dat koudwatervrees een

rol speelt. ‘Het is natuurlijk toch een hele stap. Velen wachten af wat de

ervaringen van de pioniers zijn. De eerste lichting remigranten vertrekt deze

maand naar Spanje. Als ze daarover goede verhalen horen, volgen er misschien

meer.’ Tejero, sinds 1960 in Nederland, en woonachtig in Breda, merkt dat veel

van zijn landgenoten terugdeinzen voor het geregel dat bij een remigratie komt

kijken. ‘Je moet veel naar instanties toe, en daar zien ze erg tegenop. Ze

hebben geen ervaring met de Nederlandse bureaucratie.’ Daarbij speelt gebrek aan

kennis over regelingen hen parten, beweert Tejero. ‘Veel ouderen geloven niet

dat ze hun AOW in Spanje behouden. Anderen, de werkloze Spanjaarden, denken dat

hun WW vervalt als ze teruggaan. Maar er is een Europese regeling die ervoor

zorgt dat dat niet zo is. Ook de toelage die ze via de Remigratiewet krijgen

vertrouwen ze niet. Ze denken dat ze door dat geld in Spanje niet meer in

aanmerking zullen komen voor een andere uitkering. Maar het geld van het

Nederlandse rijk is geen inkomen of uitkering, maar hulp bij het opbouwen van

een bestaan.’

Oud worden

Pedro Tejero constateert dat het grootste deel van de Spaanse ouderen en

Spaanse werklozen vooralsnog verkiest om in Nederland te blijven. Als hij

tenminste afgaat op de paar honderd Spanjaarden die in Breda en omstreken wonen.

Veel hangt af van de omstandigheden waarin ze verkeren. Tejero zelf is

bijvoorbeeld getrouwd met een Nederlandse vrouw, en heeft hier kinderen en

kleinkinderen. Bovendien heeft hij een goed pensioen en is hij de Nederlandse

taal machtig. Hij ziet weinig redenen om weg te gaan. ‘Hier heb ik alles, in

Barcelona alleen een zwager.’

Sinds 1997 zit hij in de vut, maar hij verveelt zich geen moment. Hij is

vaker van huis dan dat hij thuis is. De visitekaartjes komen op tafel. Drie in

getal, voor evenzovele functies die Tejero vervuld in inspraakorganen.

Bestuurslid van het eerdergenoemde Lize, secretaris van de Federatie van Spaanse

verenigingen in Nederland, en tevens secretaris van de Raad van in Nederland

verblijvende Spanjaarden. Na veertig jaar zware arbeid in de metaalindustrie,

draait Tejero nu volop mee in het vergadercircuit.

De overheid miskent de problematiek van de Zuid-Europese ouderen, stelt

Tejero. ‘De overheid zegt: jullie zijn geVntegreerd, jullie hebben geen

problemen, jullie kinderen zijn goed terechtgekomen. Jullie zijn geen

probleemgroep, ik help jullie niet. Inderdaad: zolang wij werken, zolang wij

gezond zijn, hebben we geen hulp nodig. Maar als je stopt met werken, komt de

vraag: hoe word ik oud in Nederland? Je kent de hulporganisaties niet, dat deel

van Nederland ken je niet, je kent alleen het deel van het werk.’

Met de Spanjaarden, die zijn getrouwd met een Nederlandse, gaat het

volgens Tejero doorgaans goed. Anders is het voor de alleenstaande Spanjaarden,

of de volledig Spaanse gezinnen: die zijn slecht geïntegreerd in de Nederlandse

samenleving. Tejero: ‘Zij worden eenzaam als ze stoppen met werken en ze in de

vut komen. Ze hebben dan weinig om op terug te vallen. Spaanse vrienden,

misschien een paar Nederlandse, meer niet. Ze spreken de taal namelijk niet. In

veel bedrijven hebben ze samen met andere Spanjaarden gewerkt, en dan was het

voor de baas gemakkelijker een paar zinnen Spaans te leren, dan te wachten tot

een groep Spanjaarden Nederlands spreekt. Daarom zijn er gastarbeiders, die al

veertig jaar hier wonen, maar geen woord Nederlands spreken.’

Luidruchtig

Zelf heeft Tejero, vanaf het moment dat hij zijn vrouw begin jaren ’60

ontmoette, getracht zich de taal eigen te maken. ‘Ik heb even in Dordrecht

gewerkt, ook in een metaalbedrijf. Daar leerde ik een Rotterdammer kennen, die

me hielp met lezen. Als je Nederlands wilt leren, moet je met de krantenkoppen

beginnen, zei hij. De baas was er niet blij mee. Zitten jullie de krant te lezen

in werktijd, vroeg hij. Nee, zei de Rotterdammer dan steeds, wij lézen de krant

niet, Pedro leert de krant lezen. Als hij Nederlands kan, heeft het bedrijf daar

ook wat aan. Toen was het goed.’

Inburgeringscursussen kende Nederland destijds niet, de gastarbeiders

zouden immers teruggaan. Wie toch Nederlands wilde leren, was volgens Tejero

afhankelijk van particuliere initiatieven. ‘Gelukkig was er hier in Breda een

groepje zusters actief, die hebben me taalles gegeven.’

Tejero, die goed, maar soms moeilijk verstaanbaar Nederlands spreekt,

kost het geen moeite zich in de Nederlandse samenleving te redden. Anderen wel.

Die missen volgens hem vaak de aansluiting met de Nederlandse cultuur. ‘In de

openbare gelegenheden voelen Spaanse ouderen zich vaak niet welkom. Wij zijn

druk, wij praten hard en wij lachen hard. Nederlanders niet. Wij hebben andere

bijeenkomsten. Als wij in een bibliotheek komen, om de krant te lezen, dan zijn

we binnen een uur luidruchtig met elkaar aan het praten. Daar zijn Nederlanders

niet van gediend. Wij zijn niet stil en geconcentreerd, zoals zij. Daarom is het

niet waar dat alle Nederlandse voorzieningen ook voor ons toegankelijk zijn. Wij

kunnen misschien wel dezelfde ingang gebruiken als de Nederlanders, maar niet

dezelfde ruimte.’

Vereenzamen

Tejero betreurt het dat veel ontmoetingscentra dicht gaan omdat de

gemeente de subsidie intrekt, zoals in Breda. ‘Er moeten plekken zijn waar een

groepje Spanjaarden zich als Spanjaarden kunnen gedragen. Zeker omdat we zijn

gestopt met werken hebben we zoveel vrije tijd.’ Daarom pleit Tejero voor

dagverblijven, waar Spanjaarden samen met ander Zuid-Europeanen gebruik van

kunnen maken. ‘In Rotterdam zijn gemeente en verenigingen nu samen bezig met een

centrum. Als het bevalt, willen we ook in Amsterdam en Utrecht zo’n

verblijfsruimte starten. Het voordeel is dat je daar iedere dag terecht kunt.

Dat is belangrijk. De Spanjaarden weten juist doordeweeks niet wat ze moeten.

Dan vervelen ze zich dood.’

Tejero geeft een voorbeeld uit zijn eigen leefomgeving. ‘Er woont hier

een Spaanse weduwnaar in de buurt. Die zie ik soms met de ziel onder zijn arm

rond lopen. Dat gaat echt niet goed.’ Tejero wijst zijn landgenoten in zo’n

geval op de mogelijkheden van remigratie. ‘Dan zeg ik: weggaan is beter dan hier

vereenzamen. Wat verlies jij als je teruggaat? Hier zit je in elk geval alleen.’

Spanje zorgt volgens Tejero goed voor haar teruggekeerde migranten: in Madrid

zijn al speciale tehuizen waar Spanjaarden van over de hele wereld hun oude dag

doorbrengen./Floris van Balen

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.