Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Jongerenwerk Utrecht en Leeuwarden mist stevige basis

De doelen van het jongerenwerk zijn vaak niet helder. Ook ontbreekt structurele financiering en ligt de nadruk te zeer op overlastbestrijding. Dat blijkt uit visitaties die de gemeenten Leeuwarden en Utrecht najaar 2008 in hun stad lieten verrichten bij het jongerenwerk.
Jongerenwerk Utrecht en Leeuwarden mist stevige basis

Door Hedwig Neggers – Beide gemeenten wilden weten of het jongerenwerk in hun stad effectief opereerde. Onlangs wisselden de leden van de visitatiecommissies bij het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) hun bevindingen uit. ‘Er zijn veel overeenkomsten’, vertelt Marja Valkesteijn, hoofd afdeling Educatie en Opvang bij het Nederlands Jeugdinstituut (NJI). ‘In beide gemeenten zijn het doel en het profiel van het jongerenwerk niet duidelijk. Dat leidt ertoe dat het jongerenwerk, oneerbiedig gezegd, zwalkt met de waan van de dag.’

Achterstandswijken
In zowel Leeuwarden als Utrecht is het jongerenwerk steeds meer gericht op overlastbestrijding en risicojongeren. ‘Het oorspronkelijke doel, het bevorderen van de participatie in achterstandswijken, is naar de achtergrond verdrongen. Dat is een landelijk verschijnsel’, zegt Valkesteijn.‘Gevolg is dat de basis verdwijnt, terwijl het juist belangrijk is dat jongerenwerkers constant contact hebben met jongeren. Ook als er geen problemen zijn.’ De visitatiecommissies pleitten er in beide gemeenten voor dat jongerenwerk een structureel gefinancierde basisvoorziening moet zijn.

Versnippering
Er waren ook verschillen tussen Leeuwarden en Utrecht. Leeuwarden telt twee stedelijke welzijninstellingen (Hulp en Welzijn Leeuwarden en Welzijn Leeuwarden). In Utrecht zijn vier wijkgerichte welzijnsorganisaties actief (Cumulus, Portes, Doenja en Zuwe). Onlangs zijn Youth for Christ en Streetcornerwork Amsterdam daarbij gekomen. Valkesteijn: ‘Jongeren houden zich niet aan wijkgrenzen. Bovendien kent een wijkgerichte aanpak het risico van versnippering en te weinig kennisuitwisseling.’ Twee organisaties, Doenja (Kanaleneiland) en Cumulus (Overvecht), laten hun jongerenwerkers nu regelmatig met elkaar overleggen.

Gespecialiseerd
De Utrechtse gemeenteraad zal in september de conceptnota ‘Jongeren en vrije tijd’ behandelen. Aanbevelingen daarin zijn dat er algemeen jongerenwerk moet zijn en los daarvan gespecialiseerd jongerenwerk gericht op overlastbestrijding.

In de twee afzonderlijke visitatiecommissies zaten deskundigen als prof. dr. Micha de Winter, hoogleraar Maatschappelijke Opvoedingsvraagstukken, Peter Lankhorst (adviseur jeugdbeleid) en Paulien Klap (Coördinator opleiding Jongerenwerk ROC Amsterdam).

Meer weten? Lees dan ook de gratis Zorg + Welzijn Nieuwsbrief. Daarvoor kunt u zich hier aanmelden.

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.